Speel video
veelzijdige
STRUINAANPAK
Brood, brokken én blikmaïs
TEKST: MARK PIJNAPPELS > FOTOGRAFIE: SANDER BOER > CAMERA: BLACKWATER FILMS
Het struinend vissen op karper is dé voorjaarsvisserij van Olaf Korzilius (27). Daarbij heeft de oppervlaktevisserij duidelijk een streepje voor, maar indien noodzakelijk is de overstap naar de pen of het statisch vissen snel gemaakt. In dit artikel én in de bijbehorende video laat Olaf zien hoe hij actief op zoek gaat naar karpers en die probeert te verleiden met brood, hondenbrokken of blikmaïs.
Speel video
Het kan snel raak zijn: binnen twee minuten na het inleggen pakte deze ‘spiegel’ het korstje.
>> PARKVIJVER MATERIAAL
Hengel: penhengel van 3,90 meter en 1,75 lbs testcurve
Molen: lichtgewicht 2500 of 3000 formaat Lijn: 25/00 nylon
Aas: witbrood, hondenbrokken en blikmaïs Overig: rugzak, schepnet, compacte onthaakmat, polariserende zonnebril, mini-banksticks met optonic en achtersteun
Een statische ‘bijlegger’ biedt kans op extra karper.
Zelfhaakmontage met nepmaïs.
>> STATISCH STRUINEN
De statische karperhengel (2,70 meter en 3 lbs testcurve) bleef deze sessie grotendeels in de auto liggen. De bijpassende molen is voorzien van 30 tot 35/00 nylon en op deze lijn zit een zelfhaakmontage met een licht werpgewicht (30 tot 50 gram, voor een minimale plons). Voer compact een klein handje maïs en drop daarop de rig die is voorzien van twee plastic maïskorrels (wafters). Vis met een slappe lijn om geen argwaan te wekken bij de karper die op je voerplek rondscharrelt. Houd altijd in gedachten dat het inleggen van een tweede hengel geen doel op zich is. Mits de struinsituatie het toelaat, kan een bijlegger extra kans op vis bieden.
Een knap staaltje teamwerk wordt
na het scheppen van de vis met een
high five bezegeld
STRUINPAKKET
Hoewel het ‘op zicht’ vangen van karper sterk de voorkeur geniet van Olaf en Martijn, beperken ze hun struinpakket echter niet tot deze techniek. “Vandaag lukt het om de vissen aan de oppervlakte te verleiden, maar soms vragen de omstandigheden – zoals harde wind – om een andere aanpak. Dan schakelen we over op het penvissen met blikmaïs of actief statisch vissen met plastic nepmaïs”, licht Martijn de tactiek bij het struinen toe. “Veel karpervissers laten blikmaïs links liggen om bijvangsten uit te sluiten, maar wij vangen daar op vrijwel alle type wateren prima karper mee. Dit is anno 2024 nog steeds een superaas. Zowel bij het penvissen als bij het vissen met een zelfhaakmontage zijn deze korrels goud waard”, voegt Olaf toe. Overigens is de statische hengel vaak een ‘bijlegger’. “Terwijl je een stek bevist met de pen of met de korst, kun je daar – als de situatie er zich voor leent – vlakbij op een voerplekje ook prima één hengel statisch wegleggen met een elektronische beetmelder.” In het vervolg op deze reportage zijn we een paar weken later opnieuw op pad gegaan met Olaf. Of de in dit artikel besproken technieken dan ook uit de verf komen, zie je in de nieuwe aflevering van VISblad TV op youtube.com/sportvisserijnl.
LASTIGE KLANTEN
Bij de volgende locatie levert de zoektocht al snel resultaat op: in een hoekje van het water spotten Olaf en Martijn twee karpers. De twee vismaten zijn echter niet de enigen die doorhebben dat er wat te halen valt. Een jochie dat even verderop met een vast hengeltje bezig is, heeft in de smiezen dat er vis is gespot. Met grote stappen komt hij naar de twee vismaten toe gelopen. Zoveel enthousiasme doet de karpers besluiten elders een goed heenkomen te zoeken. Martijn en Olaf kunnen de geestdrift van het ventje wel waarderen en leggen hem uit dat je langs het water niet teveel herrie moet maken als je wat wilt vangen. “Hier is de hengeldruk groter en zijn de karpers dus meer op hun hoede”, zegt Olaf. “Soms pakken ze helemaal geen brood meer van het oppervlak en zijn drijvende hondenbrokken een beter alternatief. Andere trucjes zijn het voeren van stukken brood in verschillende formaten of het aanbieden van een aangedrukte korst die langzaam zinkt. Let in het laatste geval goed op de lijn: schiet die weg, dan heb je beet.” Op drukbeviste wateren kan het vlakbij de vis inleggen van het haakaas ook een schrikreactie opwekken. “In dat geval zijn enkele meters verder inwerpen – voorbij de vis – of het aas langer laten liggen methoden om spooky karpers niet te verjagen”, tipt Olaf.
HAVIKSOGEN
“Kijk daar eens. Die jonge rietstengel beweegt. En daar gaat er ook één op onnatuurlijke wijze heen en weer. Tegen die rietkraag zwemmen wat karpers rond”, zegt Olaf alsof het de normaalste zaak van de wereld is. Dit terwijl de rietstengels zich op dertig meter afstand bevinden en de bewegingen slechts minimaal zijn. Als professie ontwikkelt Olaf rijhulpsystemen voor vrachtwagens, maar deze observatie doet het vermoeden rijzen dat die hulpsystemen wellicht ook in zijn ogen zijn geïmplanteerd. Behoedzaam sluipt hij naar de rietkraag om daar wat korstjes en hondenbrokjes te voeren. Binnen vijf minuten zien we deiningen in het water bij de rietstengels en spotten Olaf en Martijn twee karpers die op de gedekte tafel zijn afgekomen. “Dit ziet er kansrijk uit”, zegt Olaf als hij zijn korst behoedzaam voor de rietkraag deponeert. Dat is het zeker, want binnen twee minuten is het raak en een fraaie spiegelkarper kortstondig de klos. Verschillende karpervissers die iets verderop statisch achter hun op rodpods geparkeerde hengels zitten – en nog niks hebben gevangen – zien het tafereel ietwat verbouwereerd aan. “Zo snel kan het gaan als je actieve karper vindt”, zegt Olaf nadat hij de vis heeft teruggezet.
Prik
de haak voor
wat extra houvast
door een dubbel-gevouwen
korst
Sla dergelijke vuilhoekjes zeker niet over, want daar scharrelt maar wat graag karper rond
Als de vis dieper zit – bijvoorbeeld doordat het kouder wordt of de karper op de bodem naar voedsel zoekt – schakelt Olaf over op het vissen met de pen.
De karper maakt zich op om de korst met haak naar binnen te slurpen
Wanneer karpers om hetzelfde aas strijden, treedt Voedselnijd op
en zijn ze makkelijker vangbaar
Een paar broodstukjes die je samendrukt tot een bal werp je verder dan losse korsten.
Het water goed scannen is bij het struinend vissen de sleutel tot succes.
>> BONUSTIPS OPPERVLAKTEVISSERIJ
- Probeer de uitstaande lijn die richting de haak loopt zo recht mogelijk te houden. Rechtstreeks contact met het aas vermindert de kans op missers bij het aanslaan.
- Hoewel een floater controller (speciale oppervlaktedobber) het werpen vereenvoudigt, schrikt dit karper in de regel ook af en zorgt-ie vaak ook voor meer missers. - Kies voor een dundradige, maar stevige haak. Onder het gewicht van een dikke en zware haak kan een korst of hondenbrok al snel zinken.
- Scheur vier stukjes korst van een snee brood en druk deze samen tot één bal. Dit werpt verder dan losse stukjes brood en de bal zal vrij snel na de landing op het water in drijvende delen uit elkaar vallen.
KORSTEN PITCHEN
Snel succes wakkert de hoop op meer actie altijd aan, maar is niet vanzelfsprekend. “Op dit kleine cultuurwater is het niet heel erg ingewikkeld om vis te vangen, maar zelfs hier is het door de commotie van zojuist wel even gedaan met de activiteit. Ook de andere karpers zijn gestopt met azen”, legt Martijn uit. Om de vis weer aan de praat te krijgen werpt Olaf opnieuw wat broodkorsten in het water. Die belanden – terwijl ze vederlicht zijn – op ruim twintig meter afstand. “Dat is het voordeel van jarenlang te hebben gehonkbald”, lacht hij. Ondanks het portie vers brood blijft activiteit uit en stelt Martijn na vijf minuten voor om naar de overkant te verkassen. Op deze nieuwe stek pakken de karpers de draad weer op en worden de korsten gretig verorberd. Op een gegeven moment vechten twee vissen zelfs om dezelfde buit. Martijn weet iets later een vis te haken, maar helaas schiet de schubkarper van flink formaat vlak voor de kant los. Aangezien het mini maïsvoerplekje – dat Olaf in een sloot aan de andere kant van de weg had gemaakt – ook geen respons oplevert in de vorm van aasbellen of andere signalen van karper, besluiten de heren om te verkassen naar een ander water.
OBSERVATIERONDE
Aangekomen bij het nieuwe water in kwestie – een plasje in een andere woonwijk van dezelfde gemeente – stappen Olaf en Martijn uit, maar blijven de hengels in de auto liggen. “We lopen eerst even een inspectierondje om het water”, licht Olaf het plan van aanpak toe. “Bij deze tak van sport is het essentieel om de karper eerst te lokaliseren. Heb je ze eenmaal gevonden, dan kan het soms al binnen vijf minuten raak zijn. Strooi je echter op de bonnefooi ergens maar wat broodkorsten of hondenbrokken, dan is het soms een kwestie van uren wachten op enige vorm van activiteit.” Ondertussen scannen de vismaten het water minutieus. Daarbij letten ze op in het wateroppervlak zichtbare vissen, aasbellen, wervelingen, stofwolken of onnatuurlijk bewegend riet. “Bij dit speurwerk is een polariserende zonnebril onmisbaar. Die vermindert de schittering aan het wateroppervlak zodat je beter ‘in de huiskamer van de karper’ kunt kijken”, tipt Martijn. Hoezeer ze ook speuren naar signalen van vis, er is geen karperactiviteit te zien. “Dan is de keuze snel gemaakt: we gaan door naar een ander water”, luidt de conclusie na de observatieronde om de parkvijver.
Op deze vroege zondagochtend liggen de meeste mensen nog te slapen, maar de karpers op een vijver in een Brabantse woonwijk zijn al klaarwakker. Die zijn geactiveerd door de smakelijke korsten van het witbrood dat Olaf en zijn vismaat Martijn Vial in de ochtendschemering gericht hebben gevoerd. Af en toe slurpt een karper een stukje brood naar binnen, maar de hengels blijven nog onaangeroerd. “Werp niet direct in wanneer je een azende karper ziet, maar observeer eerst zijn aasgedrag. Het loont doorgaans om de vis even rustig zijn gang te laten gaan zodat ze de korsten met meer vertrouwen pakken”, tipt Olaf. Ondertussen zuigt een schubkarper de ene na de andere korst naar binnen. “Die is nu waarschijnlijk goed vangbaar”, zegt de Eindhovenaar terwijl hij een stuk korst op de haak maat 4 prikt en naar voren sluipt om in te werpen. Hij blijft op gepaste afstand, want teveel beweging langs de waterkant kan de karper afschrikken. De korst belandt vervolgens op een paar meter van de azende vis.
ZENUWSLOPEND
De vis in kwestie heeft de ‘verse’ korst waargenomen en zwemt er recht op af. Olaf zet zich schrap om de haak te zetten, maar de karper tikt slechts voorzichtig met zijn bek tegen het brood om daarna rechtsomkeert te maken. “Dit spelletje is echt zenuwslopend. Dat maakt het zichtvissen op karper zo gaaf”, fluistert Olaf na een diepe zucht. De korst laat hij nog even op zijn plek liggen. “Die vis komt nog wel terug”, zegt hij zelfverzekerd. De korst blijkt inderdaad bijzonder aanlokkelijk te zijn, want binnen een minuut maakt de vis weer zijn opwachting. Die zuigt dit keer traag aan het aas. “Nu niet de haak uit zijn bek slaan, maar even geduldig wachten tot de korst in zijn bek verdwijnt. Yes, hangen!”, denkt Olaf hardop. In een split second explodeert het wateroppervlak en buigt de 3,90 meter lange hengel in een mooie curve. De schubkarper van circa acht pond geeft op dit relatief lichte materiaal – die Olaf alleen gebruikt op obstakelvrij water – mooi partij. Na een kiekje tussen het koolzaad mag deze rakker snel weer zwemmen.
veelzijdige
STRUINAANPAK
Speel video
TEKST: MARK PIJNAPPELS > FOTOGRAFIE: SANDER BOER > CAMERA: BLACKWATER FILMS
Het struinend vissen op karper is dé voorjaarsvisserij van Olaf Korzilius (27). Daarbij heeft de oppervlaktevisserij duidelijk een streepje voor, maar indien noodzakelijk is de overstap naar de pen of het statisch vissen snel gemaakt. In dit artikel én in de bijbehorende video laat Olaf zien hoe hij actief op zoek gaat naar karpers en die probeert te verleiden met brood, hondenbrokken of blikmaïs.
Brood, brokken én blikmaïs
Het kan snel raak zijn: binnen twee minuten na het inleggen pakte deze ‘spiegel’ het korstje.
>> PARKVIJVER MATERIAAL
Hengel: penhengel van 3,90 meter en 1,75 lbs testcurve
Molen: lichtgewicht 2500 of 3000 formaat
Lijn: 25/00 nylon
Aas: witbrood, hondenbrokken en blikmaïs
Overig: rugzak, schepnet, compacte onthaakmat, polariserende zonnebril, mini-banksticks met optonic en achtersteun
STRUINPAKKET
Hoewel het ‘op zicht’ vangen van karper sterk de voorkeur geniet van Olaf en Martijn, beperken ze hun struinpakket echter niet tot deze techniek. “Vandaag lukt het om de vissen aan de oppervlakte te verleiden, maar soms vragen de omstandigheden – zoals harde wind – om een andere aanpak. Dan schakelen we over op het penvissen met blikmaïs of actief statisch vissen met plastic nepmaïs”, licht Martijn de tactiek bij het struinen toe. “Veel karpervissers laten blikmaïs links liggen om bijvangsten uit te sluiten, maar wij vangen daar op vrijwel alle type wateren prima karper mee. Dit is anno 2024 nog steeds een superaas. Zowel bij het penvissen als bij het vissen met een zelfhaakmontage zijn deze korrels goud waard”, voegt Olaf toe. Overigens is de statische hengel vaak een ‘bijlegger’. “Terwijl je een stek bevist met de pen of met de korst, kun je daar – als de situatie er zich voor leent – vlakbij op een voerplekje ook prima één hengel statisch wegleggen met een elektronische beetmelder.” In het vervolg op deze reportage zijn we een paar weken later opnieuw op pad gegaan met Olaf. Of de in dit artikel besproken technieken dan ook uit de verf komen, zie je in de nieuwe aflevering van VISblad TV op youtube.com/sportvisserijnl.
Een knap staaltje teamwerk wordt
na het scheppen van de vis met een
high five bezegeld
>> STATISCH STRUINEN
De statische karperhengel (2,70 meter en 3 lbs testcurve) bleef deze sessie grotendeels in de auto liggen. De bijpassende molen is voorzien van 30 tot 35/00 nylon en op deze lijn zit een zelfhaakmontage met een licht werpgewicht (30 tot 50 gram, voor een minimale plons). Voer compact een klein handje maïs en drop daarop de rig die is voorzien van twee plastic maïskorrels (wafters). Vis met een slappe lijn om geen argwaan te wekken bij de karper die op je voerplek rondscharrelt. Houd altijd in gedachten dat het inleggen van een tweede hengel geen doel op zich is. Mits de struinsituatie het toelaat, kan een bijlegger extra kans op vis bieden.
Een statische ‘bijlegger’ biedt kans op extra karper.
Zelfhaakmontage met nepmaïs.
LASTIGE KLANTEN
Bij de volgende locatie levert de zoektocht al snel resultaat op: in een hoekje van het water spotten Olaf en Martijn twee karpers. De twee vismaten zijn echter niet de enigen die doorhebben dat er wat te halen valt. Een jochie dat even verderop met een vast hengeltje bezig is, heeft in de smiezen dat er vis is gespot. Met grote stappen komt hij naar de twee vismaten toe gelopen. Zoveel enthousiasme doet de karpers besluiten elders een goed heenkomen te zoeken. Martijn en Olaf kunnen de geestdrift van het ventje wel waarderen en leggen hem uit dat je langs het water niet teveel herrie moet maken als je wat wilt vangen. “Hier is de hengeldruk groter en zijn de karpers dus meer op hun hoede”, zegt Olaf. “Soms pakken ze helemaal geen brood meer van het oppervlak en zijn drijvende hondenbrokken een beter alternatief. Andere trucjes zijn het voeren van stukken brood in verschillende formaten of het aanbieden van een aangedrukte korst die langzaam zinkt. Let in het laatste geval goed op de lijn: schiet die weg, dan heb je beet.” Op drukbeviste wateren kan het vlakbij de vis inleggen van het haakaas ook een schrikreactie opwekken. “In dat geval zijn enkele meters verder inwerpen – voorbij de vis – of het aas langer laten liggen methoden om spooky karpers niet te verjagen”, tipt Olaf.
HAVIKSOGEN
“Kijk daar eens. Die jonge rietstengel beweegt. En daar gaat er ook één op onnatuurlijke wijze heen en weer. Tegen die rietkraag zwemmen wat karpers rond”, zegt Olaf alsof het de normaalste zaak van de wereld is. Dit terwijl de rietstengels zich op dertig meter afstand bevinden en de bewegingen slechts minimaal zijn. Als professie ontwikkelt Olaf rijhulpsystemen voor vrachtwagens, maar deze observatie doet het vermoeden rijzen dat die hulpsystemen wellicht ook in zijn ogen zijn geïmplanteerd. Behoedzaam sluipt hij naar de rietkraag om daar wat korstjes en hondenbrokjes te voeren. Binnen vijf minuten zien we deiningen in het water bij de rietstengels en spotten Olaf en Martijn twee karpers die op de gedekte tafel zijn afgekomen. “Dit ziet er kansrijk uit”, zegt Olaf als hij zijn korst behoedzaam voor de rietkraag deponeert. Dat is het zeker, want binnen twee minuten is het raak en een fraaie spiegelkarper kortstondig de klos. Verschillende karpervissers die iets verderop statisch achter hun op rodpods geparkeerde hengels zitten – en nog niks hebben gevangen – zien het tafereel ietwat verbouwereerd aan. “Zo snel kan het gaan als je actieve karper vindt”, zegt Olaf nadat hij de vis heeft teruggezet.
Prik
de haak voor
wat extra houvast
door een dubbel-gevouwen
korst
Als de vis dieper zit – bijvoorbeeld doordat het kouder wordt of de karper op de bodem naar voedsel zoekt – schakelt Olaf over op het vissen met de pen.
De karper maakt zich op om de korst met haak naar binnen te slurpen
Sla dergelijke vuilhoekjes zeker niet over, want daar scharrelt maar wat graag karper rond
KORSTEN PITCHEN
Snel succes wakkert de hoop op meer actie altijd aan, maar is niet vanzelfsprekend. “Op dit kleine cultuurwater is het niet heel erg ingewikkeld om vis te vangen, maar zelfs hier is het door de commotie van zojuist wel even gedaan met de activiteit. Ook de andere karpers zijn gestopt met azen”, legt Martijn uit. Om de vis weer aan de praat te krijgen werpt Olaf opnieuw wat broodkorsten in het water. Die belanden – terwijl ze vederlicht zijn – op ruim twintig meter afstand. “Dat is het voordeel van jarenlang te hebben gehonkbald”, lacht hij. Ondanks het portie vers brood blijft activiteit uit en stelt Martijn na vijf minuten voor om naar de overkant te verkassen. Op deze nieuwe stek pakken de karpers de draad weer op en worden de korsten gretig verorberd. Op een gegeven moment vechten twee vissen zelfs om dezelfde buit. Martijn weet iets later een vis te haken, maar helaas schiet de schubkarper van flink formaat vlak voor de kant los. Aangezien het mini maïsvoerplekje – dat Olaf in een sloot aan de andere kant van de weg had gemaakt – ook geen respons oplevert in de vorm van aasbellen of andere signalen van karper, besluiten de heren om te verkassen naar een ander water.
OBSERVATIERONDE
Aangekomen bij het nieuwe water in kwestie – een plasje in een andere woonwijk van dezelfde gemeente – stappen Olaf en Martijn uit, maar blijven de hengels in de auto liggen. “We lopen eerst even een inspectierondje om het water”, licht Olaf het plan van aanpak toe. “Bij deze tak van sport is het essentieel om de karper eerst te lokaliseren. Heb je ze eenmaal gevonden, dan kan het soms al binnen vijf minuten raak zijn. Strooi je echter op de bonnefooi ergens maar wat broodkorsten of hondenbrokken, dan is het soms een kwestie van uren wachten op enige vorm van activiteit.” Ondertussen scannen de vismaten het water minutieus. Daarbij letten ze op in het wateroppervlak zichtbare vissen, aasbellen, wervelingen, stofwolken of onnatuurlijk bewegend riet. “Bij dit speurwerk is een polariserende zonnebril onmisbaar. Die vermindert de schittering aan het wateroppervlak zodat je beter ‘in de huiskamer van de karper’ kunt kijken”, tipt Martijn. Hoezeer ze ook speuren naar signalen van vis, er is geen karperactiviteit te zien. “Dan is de keuze snel gemaakt: we gaan door naar een ander water”, luidt de conclusie na de observatieronde om de parkvijver.
Wanneer karpers om hetzelfde aas strijden, treedt Voedselnijd op
en zijn ze makkelijker vangbaar
Een paar broodstukjes die je samendrukt tot een bal werp je verder dan losse korsten.
Het water goed scannen is bij het struinend vissen de sleutel tot succes.
>> BONUSTIPS OPPERVLAKTEVISSERIJ
- Probeer de uitstaande lijn die richting de haak loopt zo recht mogelijk te houden. Rechtstreeks contact met het aas vermindert de kans op missers bij het aanslaan.
- Hoewel een floater controller (speciale oppervlaktedobber) het werpen vereenvoudigt, schrikt dit karper in de regel ook af en zorgt-ie vaak ook voor meer missers. - Kies voor een dundradige, maar stevige haak. Onder het gewicht van een dikke en zware haak kan een korst of hondenbrok al snel zinken.
- Scheur vier stukjes korst van een snee brood en druk deze samen tot één bal. Dit werpt verder dan losse stukjes brood en de bal zal vrij snel na de landing op het water in drijvende delen uit elkaar vallen.
Op deze vroege zondagochtend liggen de meeste mensen nog te slapen, maar de karpers op een vijver in een Brabantse woonwijk zijn al klaarwakker. Die zijn geactiveerd door de smakelijke korsten van het witbrood dat Olaf en zijn vismaat Martijn Vial in de ochtendschemering gericht hebben gevoerd. Af en toe slurpt een karper een stukje brood naar binnen, maar de hengels blijven nog onaangeroerd. “Werp niet direct in wanneer je een azende karper ziet, maar observeer eerst zijn aasgedrag. Het loont doorgaans om de vis even rustig zijn gang te laten gaan zodat ze de korsten met meer vertrouwen pakken”, tipt Olaf. Ondertussen zuigt een schubkarper de ene na de andere korst naar binnen. “Die is nu waarschijnlijk goed vangbaar”, zegt de Eindhovenaar terwijl hij een stuk korst op de haak maat 4 prikt en naar voren sluipt om in te werpen. Hij blijft op gepaste afstand, want teveel beweging langs de waterkant kan de karper afschrikken. De korst belandt vervolgens op een paar meter van de azende vis.
ZENUWSLOPEND
De vis in kwestie heeft de ‘verse’ korst waargenomen en zwemt er recht op af. Olaf zet zich schrap om de haak te zetten, maar de karper tikt slechts voorzichtig met zijn bek tegen het brood om daarna rechtsomkeert te maken. “Dit spelletje is echt zenuwslopend. Dat maakt het zichtvissen op karper zo gaaf”, fluistert Olaf na een diepe zucht. De korst laat hij nog even op zijn plek liggen. “Die vis komt nog wel terug”, zegt hij zelfverzekerd. De korst blijkt inderdaad bijzonder aanlokkelijk te zijn, want binnen een minuut maakt de vis weer zijn opwachting. Die zuigt dit keer traag aan het aas. “Nu niet de haak uit zijn bek slaan, maar even geduldig wachten tot de korst in zijn bek verdwijnt. Yes, hangen!”, denkt Olaf hardop. In een split second explodeert het wateroppervlak en buigt de 3,90 meter lange hengel in een mooie curve. De schubkarper van circa acht pond geeft op dit relatief lichte materiaal – die Olaf alleen gebruikt op obstakelvrij water – mooi partij. Na een kiekje tussen het koolzaad mag deze rakker snel weer zwemmen.