MENS ÉN METHOD

TEKST: PIETER BEELEN > FOTOGRAFIE: SANDER BOER

Vroeg in het voorjaar is het water nog koud, maar kun je toch al karper vangen. Daarvoor gebruiken Johan Gerth (66) en Stefan van Keken (30) de methodfeeder. Hoewel ze dezelfde techniek gebruiken, geven ze hier allebei toch hun compleet eigen draai aan.

Na de methodfeeder met aas en voer te hebben gevuld kun je desgewenst nog een liquid toevoegen die het geheel extra attractief maakt.

Je kunt
er voor kiezen om
het voer te verrijken met maden.

VOERTIPS
Voer in het vroege voorjaar zeker niet voor. Beperk je dus tot het voer op de methodfeeder. Wil je er zeker van zijn dat je niet te veel voert? Las dan langere pauzes in tussen de worpen. Is de vis los en krijg je veel beet en lijnzwemmers? Werp dan vaker in om de vis aan de praat te houden. Voer je graag met pellets? Kies dan voor de 3 mm variant en zet deze twee à drie minuten onder water en laat ze daarna uitlekken. Dit maakt ze perfect om de mal van de methodkorf mee te vullen. Vis je met een speciaal methodvoertje? Maak dit dan niet te nat, want anders blijft het teveel plakken in de korf. Te droog is ook niet goed, want dan valt het voer er tijdens de worp al vanaf. Er is tegenwoordig ook kant-en-klaar voer dat al bevochtigd is en je gelijk kunt gebruiken. Dit is wat duurder, maar wel gemakkelijk. 

MATERIAAL
Voor de methodfeeder geeft Stefan de voorkeur aan een wat langere hengel – 10 tot 12 voet – zodat je lekker ver kunt gooien en de vis beter kunt sturen. Neem een hengel die niet te hard is, maar mooi buigt op een werpgewicht van 30 tot 80 gram. Combineer deze met een molen in het 3000 of 4000 formaat – al dan niet met een baitrunner – en een 25/00 nylon hoofdlijn. Voorgeknoopte onderlijnen van 22/00 nylon met een weerhaakloze haak zijn ideaal in combinatie met een 30 tot 40 gram zware methodfeeder. Beetmelders zijn niet nodig, maar wel handig als je met twee hengels vist. Een goed landingsnet maakt de set compleet. Op wateren met vissen tot 70 cm kun je uit de voeten met een flink rubber gecoat pannet, maar als er grote vissen zwemmen is een echt karpernet noodzakelijk. Uiteraard mag een goede onthaakmat niet ontbreken.

EINDELIJK SPIEGELKARPER
De beet zit er goed in en de Amersfoorters weten de teller op dertien schubkarpers te zetten. De sfeer is dan ook opperbest, zeker omdat ze in dezelfde buurt zijn opgegroeid en dus voldoende gespreksstof hebben. Tussen het geklets door drilt Stefan een klein karpertje, maar zodra die richting de kant komt neemt de spanning toe – zou het een spiegeltje zijn? “Het is een spiegelkarper”, roept Johan vlak voordat hij de vis kan scheppen. Dat het een klein visje betreft is voor Stefan niet van belang. “De ‘pondenrace’ om de dikste te vangen is niet aan mij besteed. Ik vang graag mooie vissen. Een uniek schubbenpatroon of een vis van een heel moeilijk water doet mij veel meer dan een hele zware karper.” Na de vis kort te hebben bewonderd mag die weer zwemmen. “Johan, alle spiegels zaten toch in die duiker?”, klinkt het plagend als Stefan de vis terugzet. Niet veel later is het weer raak. Deze vis is sterker en trekt de hengel flink krom. Dankzij de lengte daarvan weet Stefan hem uit de takken te houden en in het net te loodsen. Tot hun vreugde is dit een grote spiegelkarper met een prachtig schubbenkleed. Een mooie afsluiter van de sessie, want bij Johan is de energie op. Stefan helpt hem met het inladen van zijn spullen en zegt zijn vismaat gedag. “App je me nog even als je thuis bent gekomen?”

DE DIEPTE IN
Stefan vindt het inmiddels ietwat te rustig geworden en probeert daarom een aanbeet uit te lokken. Door een rode saus over zijn voer te knijpen voegt hij hier extra attractiewaarde aan toe. Tegelijkertijd besluit hij om het wat dieper te proberen aangezien de vrijwel onafgebroken vallende regen het water afkoelt. “Vergeleken met de kantstekken is de diepere waterlaag wat constanter qua temperatuur.” Deze tactische move levert meteen resultaat op in de vorm van twee karpertjes. Zijn buurman heeft dit direct in de smiezen, dus verplaatst hij zijn aas ook richting dieper water. Dat werpt al snel zijn vruchten af en ook hij mag enkele schubjes bijschrijven. Het streven om een spiegelkarper op de mat te krijgen laat Stefan echter niet los. Om de tien minuten werpt hij opnieuw in. “Een veelgemaakte fout is dat hiermee te lang wordt gewacht”, tipt Stefan. “Met de methodfeeder vis je een stuk actiever dan bij het reguliere karpervissen.” Johan kent dit water als zijn broekzak en adviseert hem om van stek te wisselen: “Die spiegelkarpers liggen in de duiker bij de sloot.” “Vissen hebben staarten, hoor”, reageert Stefan gevat. Hij betwijfelt de theorie van zijn vismaat en blijft daarom stug doorvissen op zijn huidige stek.

SAMEN OP DE FOTO
De hengels liggen nog maar enkele minuten op de steunen als de rechter hengeltop van Stefan kromtrekt. “Dat is een mooie binnenkomer! Op die plek waar ik net de bellen zag was dus actieve, azende karper aanwezig”, zegt hij verheugd terwijl-ie de vis beheerst richting het net drilt zodat Johan hem kan scheppen. Het puntgave schubkarpertje van ongeveer 50 centimeter ligt amper in het net als Johan een flinke run krijgt. “Pas op je hengel”, roept Stefan. “Ik ben dan misschien wel oud, maar niet van gisteren hoor. De baitrunner staat erop zodat de hengel niet de plomp in wordt getrokken als ik even met iets anders bezig ben”, antwoordt zijn vismaat droog. Geroutineerd drilt Johan zijn vis totdat Stefan die met het tweede net kan scheppen. “Nu kunnen we samen op de foto”, glundert Johan. In de loop van de ochtend gaat het goed los en vangen ze flink wat schubkarpertjes die het slechte weer even doen vergeten. Stefan hoopt daarbij nog op een mooi spiegelkarpertje, maar tegen het middaguur valt het stil.

BIJZONDER VERHAAL
Dat biedt Johan de kans om van onder de plu zijn bijzondere verhaal te vertellen. “Ik worstel al langere tijd met rugproblemen vanwege een hernia. Na hier al twee keer aan te zijn geopereerd, volgde in 1994 een derde operatie – en die ging helemaal fout. Daarna had ik zoveel pijn dat er zonder zware pijnstillers niet meer mee te leven was.” Met twee jonge kinderen thuis stond het leven van hem en zijn vrouw volledig op zijn kop. Na door de mallemolen van de medische wereld te zijn gegaan wilde Johan graag weer gaan vissen. “Met zware pijnstillers – fentanyl pleisters – kan dat gelukkig wel, maar na een halve dag aan de waterkant moet ik twee dagen herstellen en lig ik veel in bed. Zo lukt het me om twee keer per week te vissen.” Daarnaast bezoekt hij één keer per week de hengelsportzaak in Amersfoort. “Lekker anderhalf uur kletsen met mensen die dezelfde passie hebben als ik. Daar worden verhalen gedeeld en ontstaan vriendschappen. Zo kwam ik ook in contact met Stefan, die deze mooie zaak – De Hengelsportkoning – runt. Sindsdien gaan we regelmatig samen vissen”, onderstreept hij de sociaalmaatschappelijke functie van de winkel.

johan: ‘dankzij de combinatie van fentanyl pleisters en stefan's hulp lukt het om nog te gaan vissen’

Johan en Stefan gaan regelmatig samen op pad zodat Johan zonder zorgen kan blijven vissen

Zodra Johan zijn scootmobiel aan de waterkant parkeert, snelt Stefan toe om te helpen met het uitladen van het karretje vol visspullen. “We gaan er vandaag veel vangen, maat”, verkondigt rasoptimist Johan stellig. Stefan is verheugd over het enthousiasme van zijn vismaat, maar moet het eerst nog zien. “Het is begin maart en het water is nog koud. Bovendien wordt het met zo’n zeven graden en veel regen een gure dag.” Mede daarom is de keuze gevallen op dit water in een Amersfoortse woonwijk: het is met maximaal één meter zeventig niet zo diep en bevat een mooi karperbestand dat bestaat uit schub- en spiegelkarpertjes. “De afgelopen dagen heeft de zon zich laten zien en is het water hopelijk ietsje opgewarmd”, blijft Johan hoopvol.

ANDERE ­AANPAK
“Zie je die bellen hier vlak onder de kant?”, vraagt Stefan terwijl hij zijn materiaal klaarmaakt. “Daar gaat zeker een hengel heen. Met de andere ga ik zoeken. Die laat ik steeds even op een plek liggen, om hem te verplaatsen als ik niet snel beet krijg”, doet Stefan zijn actieve aanpak uit de doeken. Johan pakt het anders aan en vist ‘op de clip’ – waarbij de lijn op de gewenste werpafstand achter de lijnclip wordt vastgezet – zodat hij steeds op precies dezelfde plek inwerpt. Dat betreft een stek pal voor een rietkraag aan de overkant van het water. Door die plek continu te bevissen hoopt hij gedurende de dag steeds meer karpers te lokken. Stefan legt zijn mini boilie en onderlijn in de mal om die vervolgens vol te lepelen met voorgeweekte pellets (drie minuten) en vochtig methodvoer. “Zo blijven mijn handen schoon en stinken die aan het eind van de dag niet zo”, verklaart Stefan terwijl hij het zaakje goed aandrukt. Dit resulteert in een perfect gevormd bultje voer dat op de methodkorf zit geplakt, met daar bovenop zijn haakaas als kers op de taart.

Vroeg in het voorjaar is het water nog koud, maar kun je toch al karper vangen. Daarvoor gebruiken Johan Gerth (66) en Stefan van Keken (30) de methodfeeder. Hoewel ze dezelfde techniek gebruiken, geven ze hier allebei toch hun compleet eigen draai aan.

TEKST: PIETER BEELEN > FOTOGRAFIE: SANDER BOER

MENS ÉN METHOD

EINDELIJK SPIEGELKARPER
De beet zit er goed in en de Amersfoorters weten de teller op dertien schubkarpers te zetten. De sfeer is dan ook opperbest, zeker omdat ze in dezelfde buurt zijn opgegroeid en dus voldoende gespreksstof hebben. Tussen het geklets door drilt Stefan een klein karpertje, maar zodra die richting de kant komt neemt de spanning toe – zou het een spiegeltje zijn? “Het is een spiegelkarper”, roept Johan vlak voordat hij de vis kan scheppen. Dat het een klein visje betreft is voor Stefan niet van belang. “De ‘pondenrace’ om de dikste te vangen is niet aan mij besteed. Ik vang graag mooie vissen. Een uniek schubbenpatroon of een vis van een heel moeilijk water doet mij veel meer dan een hele zware karper.” Na de vis kort te hebben bewonderd mag die weer zwemmen. “Johan, alle spiegels zaten toch in die duiker?”, klinkt het plagend als Stefan de vis terugzet. Niet veel later is het weer raak. Deze vis is sterker en trekt de hengel flink krom. Dankzij de lengte daarvan weet Stefan hem uit de takken te houden en in het net te loodsen. Tot hun vreugde is dit een grote spiegelkarper met een prachtig schubbenkleed. Een mooie afsluiter van de sessie, want bij Johan is de energie op. Stefan helpt hem met het inladen van zijn spullen en zegt zijn vismaat gedag. “App je me nog even als je thuis bent gekomen?”

Na de methodfeeder met aas en voer te hebben gevuld kun je desgewenst nog een liquid toevoegen die het geheel extra attractief maakt.

Je kunt
er voor kiezen om
het voer te verrijken met maden.

MATERIAAL
Voor de methodfeeder geeft Stefan de voorkeur aan een wat langere hengel – 10 tot 12 voet – zodat je lekker ver kunt gooien en de vis beter kunt sturen. Neem een hengel die niet te hard is, maar mooi buigt op een werpgewicht van 30 tot 80 gram. Combineer deze met een molen in het 3000 of 4000 formaat – al dan niet met een baitrunner – en een 25/00 nylon hoofdlijn. Voorgeknoopte onderlijnen van 22/00 nylon met een weerhaakloze haak zijn ideaal in combinatie met een 30 tot 40 gram zware methodfeeder. Beetmelders zijn niet nodig, maar wel handig als je met twee hengels vist. Een goed landingsnet maakt de set compleet. Op wateren met vissen tot 70 cm kun je uit de voeten met een flink rubber gecoat pannet, maar als er grote vissen zwemmen is een echt karpernet noodzakelijk. Uiteraard mag een goede onthaakmat niet ontbreken.

VOERTIPS
Voer in het vroege voorjaar zeker niet voor. Beperk je dus tot het voer op de methodfeeder. Wil je er zeker van zijn dat je niet te veel voert? Las dan langere pauzes in tussen de worpen. Is de vis los en krijg je veel beet en lijnzwemmers? Werp dan vaker in om de vis aan de praat te houden. Voer je graag met pellets? Kies dan voor de 3 mm variant en zet deze twee à drie minuten onder water en laat ze daarna uitlekken. Dit maakt ze perfect om de mal van de methodkorf mee te vullen. Vis je met een speciaal methodvoertje? Maak dit dan niet te nat, want anders blijft het teveel plakken in de korf. Te droog is ook niet goed, want dan valt het voer er tijdens de worp al vanaf. Er is tegenwoordig ook kant-en-klaar voer dat al bevochtigd is en je gelijk kunt gebruiken. Dit is wat duurder, maar wel gemakkelijk. 

johan: ‘dankzij de combinatie van fentanyl pleisters en stefan's hulp lukt het om nog te gaan vissen’

DE DIEPTE IN
Stefan vindt het inmiddels ietwat te rustig geworden en probeert daarom een aanbeet uit te lokken. Door een rode saus over zijn voer te knijpen voegt hij hier extra attractiewaarde aan toe. Tegelijkertijd besluit hij om het wat dieper te proberen aangezien de vrijwel onafgebroken vallende regen het water afkoelt. “Vergeleken met de kantstekken is de diepere waterlaag wat constanter qua temperatuur.” Deze tactische move levert meteen resultaat op in de vorm van twee karpertjes. Zijn buurman heeft dit direct in de smiezen, dus verplaatst hij zijn aas ook richting dieper water. Dat werpt al snel zijn vruchten af en ook hij mag enkele schubjes bijschrijven. Het streven om een spiegelkarper op de mat te krijgen laat Stefan echter niet los. Om de tien minuten werpt hij opnieuw in. “Een veelgemaakte fout is dat hiermee te lang wordt gewacht”, tipt Stefan. “Met de methodfeeder vis je een stuk actiever dan bij het reguliere karpervissen.” Johan kent dit water als zijn broekzak en adviseert hem om van stek te wisselen: “Die spiegelkarpers liggen in de duiker bij de sloot.” “Vissen hebben staarten, hoor”, reageert Stefan gevat. Hij betwijfelt de theorie van zijn vismaat en blijft daarom stug doorvissen op zijn huidige stek.

SAMEN OP DE FOTO
De hengels liggen nog maar enkele minuten op de steunen als de rechter hengeltop van Stefan kromtrekt. “Dat is een mooie binnenkomer! Op die plek waar ik net de bellen zag was dus actieve, azende karper aanwezig”, zegt hij verheugd terwijl-ie de vis beheerst richting het net drilt zodat Johan hem kan scheppen. Het puntgave schubkarpertje van ongeveer 50 centimeter ligt amper in het net als Johan een flinke run krijgt. “Pas op je hengel”, roept Stefan. “Ik ben dan misschien wel oud, maar niet van gisteren hoor. De baitrunner staat erop zodat de hengel niet de plomp in wordt getrokken als ik even met iets anders bezig ben”, antwoordt zijn vismaat droog. Geroutineerd drilt Johan zijn vis totdat Stefan die met het tweede net kan scheppen. “Nu kunnen we samen op de foto”, glundert Johan. In de loop van de ochtend gaat het goed los en vangen ze flink wat schubkarpertjes die het slechte weer even doen vergeten. Stefan hoopt daarbij nog op een mooi spiegelkarpertje, maar tegen het middaguur valt het stil.

BIJZONDER VERHAAL
Dat biedt Johan de kans om van onder de plu zijn bijzondere verhaal te vertellen. “Ik worstel al langere tijd met rugproblemen vanwege een hernia. Na hier al twee keer aan te zijn geopereerd, volgde in 1994 een derde operatie – en die ging helemaal fout. Daarna had ik zoveel pijn dat er zonder zware pijnstillers niet meer mee te leven was.” Met twee jonge kinderen thuis stond het leven van hem en zijn vrouw volledig op zijn kop. Na door de mallemolen van de medische wereld te zijn gegaan wilde Johan graag weer gaan vissen. “Met zware pijnstillers – fentanyl pleisters – kan dat gelukkig wel, maar na een halve dag aan de waterkant moet ik twee dagen herstellen en lig ik veel in bed. Zo lukt het me om twee keer per week te vissen.” Daarnaast bezoekt hij één keer per week de hengelsportzaak in Amersfoort. “Lekker anderhalf uur kletsen met mensen die dezelfde passie hebben als ik. Daar worden verhalen gedeeld en ontstaan vriendschappen. Zo kwam ik ook in contact met Stefan, die deze mooie zaak – De Hengelsportkoning – runt. Sindsdien gaan we regelmatig samen vissen”, onderstreept hij de sociaalmaatschappelijke functie van de winkel.

Johan en Stefan gaan regelmatig samen op pad zodat Johan zonder zorgen kan blijven vissen

Zodra Johan zijn scootmobiel aan de waterkant parkeert, snelt Stefan toe om te helpen met het uitladen van het karretje vol visspullen. “We gaan er vandaag veel vangen, maat”, verkondigt rasoptimist Johan stellig. Stefan is verheugd over het enthousiasme van zijn vismaat, maar moet het eerst nog zien. “Het is begin maart en het water is nog koud. Bovendien wordt het met zo’n zeven graden en veel regen een gure dag.” Mede daarom is de keuze gevallen op dit water in een Amersfoortse woonwijk: het is met maximaal één meter zeventig niet zo diep en bevat een mooi karperbestand dat bestaat uit schub- en spiegelkarpertjes. “De afgelopen dagen heeft de zon zich laten zien en is het water hopelijk ietsje opgewarmd”, blijft Johan hoopvol.

ANDERE ­AANPAK
“Zie je die bellen hier vlak onder de kant?”, vraagt Stefan terwijl hij zijn materiaal klaarmaakt. “Daar gaat zeker een hengel heen. Met de andere ga ik zoeken. Die laat ik steeds even op een plek liggen, om hem te verplaatsen als ik niet snel beet krijg”, doet Stefan zijn actieve aanpak uit de doeken. Johan pakt het anders aan en vist ‘op de clip’ – waarbij de lijn op de gewenste werpafstand achter de lijnclip wordt vastgezet – zodat hij steeds op precies dezelfde plek inwerpt. Dat betreft een stek pal voor een rietkraag aan de overkant van het water. Door die plek continu te bevissen hoopt hij gedurende de dag steeds meer karpers te lokken. Stefan legt zijn mini boilie en onderlijn in de mal om die vervolgens vol te lepelen met voorgeweekte pellets (drie minuten) en vochtig methodvoer. “Zo blijven mijn handen schoon en stinken die aan het eind van de dag niet zo”, verklaart Stefan terwijl hij het zaakje goed aandrukt. Dit resulteert in een perfect gevormd bultje voer dat op de methodkorf zit geplakt, met daar bovenop zijn haakaas als kers op de taart.

Sportvisserij Nederland

Hét VISblad online magazine
Volledig scherm