“Dat wordt later vandaag een bezoekje aan de wasstraat”, zegt Thomas opgelucht. Bij aankomst op de startlocatie ’s ochtends vroeg in de polder bleek het dunne laagje ijs naast de weg een diepe kuil te verbergen, zodat hij vast kwam te zitten met zijn auto. Het sleepje van de fotograaf bood uitkomst, al veroorzaakte het spinnende rechtervoorwiel wel een heus modderbad. “Je ziet her en der op de sloten ook nog ijs liggen”, scant Thomas de omgeving. “Dat is niet alleen vanuit praktisch oogpunt onhandig, want ik vermoed dat de vis ook wel een ‘tikkie’ heeft gehad van het plotsklaps afkoelende water. Het zal vandaag vermoedelijk flink bikkelen worden.”

VEEL HOTSPOTS
Toch ziet de stek in een van de vele polders die de Krimpenerwaard telt er deze ochtend eind november veelbelovend uit. Her en der liggen bruggetjes over sloten, om de zoveel meter takt er een andere sloot aan, op sommige plekken bevinden zich plukken afstervende waterplanten en langs delen van het water hangen er takken van struikgewas in het water. “Dit zijn hotspots die je als struinende snoekvisser zeker niet moet overslaan”, tipt Thomas. “Maar vergis je niet: ook in het midden van vaarten en sloten kan het raak zijn. De diepte van het water is nagenoeg overal hetzelfde. Maak dus een schuine worp naar de overkant, zet een paar stappen en maak dan een nieuwe worp. Zo vis je een sloot vlot, maar wel secuur uit. Blijf ook niet te lang op één plek staan en zorg dat je meters maakt. Dan is de kans dat je actieve vis tegenkomt een stuk groter.”

JUISTE MOMENT
Dit laatste aspect is essentieel, zo blijkt uit zijn ervaringen. “Het is me meermaals overkomen dat ik een lange poldersloot helemaal had bevist zonder ook maar een aanbeet te krijgen. Op de terugweg kom je dan een andere snoekvisser tegen die op hetzelfde stuk water al meerdere vissen heeft gevangen. Het is dus niet alleen een kwestie van de juiste locatie, maar ook van het juiste moment.” Of van de juiste actie. Op een plek waar ik al diverse malen zonder succes mijn jerkbait heb laten passeren, is het bij Thomas – die iets achter me loopt – wel (bijna) raak. “Ai, die mistte mijn kunstaas net. Dat is jammer.” De net iets langere pauzes die hij inlast zouden de snoek mogelijk over de streep hebben kunnen trekken om nu wél aan te vallen.

INSTAP JERKBAITVISSEN

De baitcasthengel en -reel zijn dé materialen bij uitstek voor het vissen met jerkbaits. Ben je echter nog niet (voldoende) bekend met deze specifieke discipline in het roofvissen, dan is de stap om met jerkbaits te gaan vissen wellicht wat groot. Het vraagt toch een investering in nieuw materiaal. Wil je eerst eens kijken of het in jouw straatje past of haal je de jerkbaits slechts sporadisch tevoorschijn? Dan kun je mooi met de spinhengel en -molen aan de slag. Thomas: “Kies voor een korte, handzame hengel. Bij deze visserij op kleinschalig water zoals de polder heb je doorgaans beperkt de ruimte en met een korte hengel is het gemakkelijker om de juiste actie aan de jerkbait te geven.” De hengel moet best wat body hebben om het kunstaas de baas te kunnen. Ook het andere materiaal dient robuust te zijn. “Jerkbaits zijn meer belastend voor je materiaal dan de gemiddelde plug of shad, dus kies voor een stevige molen en vrij dikke hoofdlijn. Je werpt het kunstaas vaak richting rietkragen, takken en waterplanten, daar kom je af en toe ook in vast te zitten. Dan is het prettig om extra druk te kunnen uitoefenen om je materiaal weer los te krijgen.” Vanzelfsprekend monteer je ook een onderlijn die bestand is tegen de honderden vlijmscherpe tanden in een snoekenbek. “Je kunt kiezen voor titanium, staal of fluorocarbon. Dat eerste is vrij prijzig spul, het laatste is zwaar en kan de actie van de kleine jerkbait negatief beïnvloeden. Daarom kies ik voor een stalen onderlijn.” Ten slotte zijn er in de beter gesorteerde hengelsportzaak voldoende jerkbaits te koop die je aan een spinhengel kunt vissen. “Laat het zware spul links liggen en kies voor kleine en lichte jerkbaits. Let er daarbij op dat er een mikpunt aanwezig is – bijvoorbeeld een groot oog of een opvallend gekleurde vlek – waar de snoek zich bij de aanval op kan richten. Ben je een beetje handig, dan kun je ook prima zelf jerkbaits bouwen. Dat is een mooie hobby binnen de hobby en geeft je vangsten extra glans.”

SPECIALE TECHNIEK
Desalniettemin besluiten we even later om ons heil toch elders te zoeken. Aan weerszijden van een provinciale weg loopt langs een boerenweggetje een wetering het achterland in. Hier heeft Thomas eerder al mooie vissen gevangen, dus gaan we met hernieuwde energie aan de slag. Al snel stuiten we ook op een plukje aasvis, wat het vertrouwen een extra boost geeft. “Bij dit bruggetje maak ik daarom een paar extra worpen”, zegt mijn gids. Dat betreft speciale worpen. “In de speld hangt een tweedelige jerkbait. Die gooi ik strak langs de brug, waarna ik eerst een klein tikje geef en de hengeltop daarna ver door beweeg. Zo slaat het kunstaas eerst minimaal en vervolgens maximaal uit, met als resultaat dat dit een stuk onder de brug schiet.”

HOOPVOL GESTEMD
Na ook hier weer de nodige stappen aan het totaal te hebben toegevoegd, richten we het vizier op het laatste traject. “We hebben nog even voordat het donker wordt en die laatste uurtjes zijn soms bijzonder productief”, houdt Thomas de moed erin. “We zagen net ook al snoeken jagen – die helaas geen sjoege gaven toen we onze jerkbaits presenteerden – dus wellicht dat we actieve vis tegenkomen.” Het water hier is in ieder geval volop in beweging, want verderop is een gemaal actief. Dat stemt Thomas ook hoopvol. “Als er wat trek op het water staat is de vis doorgaans actiever. We zouden nog wel eens een mooi einde van deze sessie kunnen beleven.” Hoe die afliep zie je in de nieuwe aflevering van VISblad TV. Bekijk deze op youtube.com/sportvisserijnl of ga naar facebook.com/sportvisserijnl.

TUSSENSTAP
Ondanks dat ik minder ervaren ben in het vissen met jerkbaits, kan ik toch aardig meekomen. Dit aangezien we met de spinhengel en -molen vissen, in plaats van de gebruikelijke baitcasthengel en -reel. “Veel roofvissers weten niet dat dit prima kan, mits je met kleine en relatief lichte jerkbaits aan de slag gaat. Daar kun je met een stevige spinstok (van zo’n twee meter lang, met een werpgewicht van omstreeks 30 tot 80 gram) ook heel mooi de juiste actie aan geven. Korte tikjes met de hengeltop, zodat de jerkbait nerveus heen en weer schiet. Las ook pauzes in waarbij het kunstaas aan een slappe lijn de ruimte heeft om breed uit te slaan en de actie van de jerkbait volledig tot zijn recht komt.” 

LANGS DE KANT
Een bijkomend voordeel van de spinhengel is dat je daar verre worpen mee kunt maken. “Dat is heel praktisch bij deze visserij”, zegt Thomas. “Zo maak ik vrijwel altijd een worp langs de oever waar ik op sta, voordat ik die kant op loop. Veel snoeken liggen strak tegen het kantje in een hinderlaag. Zou je eerst over die oever lopen, dan is de vis al foetsie voordat je er vist. Zeker in polders is de (veen)bodem zacht en trillen voetstappen ver door.” Hoe behoedzaam en geraffineerd we ook te werk gaan, de snoek is er niet bepaald van onder de indruk. Aan de stekkeuze, techniek en inzet mankeert het niet, maar we krijgen geen stootje. “Niet te lang blijven hangen en verkassen”, luidt daarom het devies.

NIET AL TE HAPPIG
De volgende stek is een lange sloot langs een polderweg met aan weerszijden huizen en boerderijen. Ieder kavel is te bereiken via een bruggetje en tussen de weilanden achter de bebouwing liggen volop slootjes, dus aan stekken geen gebrek. Hier krijgen we ook weer actie, zij het opnieuw missers. Eerst schrikt Thomas zich een hoedje als een snoek zich bij de laatste ‘jerk’ voor zijn voeten het kunstaas grijpt, maar het vizier niet op scherp heeft staan. Een paar worpen later krijg ik een tikje tegen mijn jerkbait. Dit is echter dusdanig subtiel dat ik twijfel of dit wel als een aanbeet kwalificeert. “Ze zijn nog niet los”, zegt Thomas. “Maar het valt wel op dat we alle actie op een klein stukje van het water krijgen. Mogelijk zwemt er een school aasvis, groeien hier de juiste waterplanten of ligt de watertemperatuur net iets hoger waardoor de vis geconcentreerd ligt. Schrijf een sloot, vaart of wetering dus niet te snel af.”