de zijl

UITDAGING AAN

De Zijl is voor Jeroen Verra (65) en Dennis Ooiendijk (51) het water waar ze tussen hun drukke wedstrijdschema door graag recreatief feedervissen. Dit riviertje ligt voor de inwoners van Leiden en Valkenburg praktisch naast de deur en biedt bovendien kans op mooie vangsten. We schoven begin november bij hen aan voor een vriendschappelijke krachtmeting.

 Jeroen Verra – die al vanaf zijn vijfde op de Zijl vist – met een brasem van dit water.

Variëren
met aassoorten
kan de sleutel tot succes zijn

VOORLOPER WATERSCHAP

De Zijl is een 4,5 km korte rivier in Zuid-Holland die de verbinding vormt tussen de Oude Rijn en de Kagerplassen. Meer dan 1.000 jaar geleden was dit water deels een getijdenkreek toen de Rijn bij Katwijk nog in open verbinding stond met de zee. Door verzanding van de riviermonding en het ontbreken van een goede afwatering had het Rijnland regelmatig te kampen met wateroverlast. Omstreeks 1200 werd daarom besloten kreekjes zoals de ‘Zyl’ (of Sile, Middelnederlands voor ‘waterafvoer’) uit te graven zodat het overtollige water kon worden afgevoerd naar de Kagerplassen en de Haarlemmermeer, en vandaar naar het Spaarne en het IJ. Een samenwerkingsverband van vijftien ambachten aan beide zijden van de Oude Rijn nam deze taak op zich. De organisatie die de werken inspecteerde en aan de ambachten onderhoudsverplichtingen oplegde vormde de basis voor het latere Hoogheemraadschap van Rijnland.

Kies een vast richtpunt aan de overkant van het water en zet de lijn na een proefworp op de gewenste afstand in de lijnclip. Zo belandt de korf steeds op dezelfde plek in het water.

>> MATERIAAL

Hengel: 11 voet (3.35 meter) met een werpgewicht tot 50 gram, zodat je voerkorven van 30 tot 35 gram optimaal kunt wegzetten
Molen: 3000-formaat
Hoofdlijn: 8/00 gevlochten lijn
Voorslag: tapered leader van enkele meters zodat je voldoende rek en demping hebt tijdens de worp en de dril
Voerkorf: gaasmodel, 30 tot 35 gram in verband met de zachte bodem
Onderlijn: 11/00 nylon, het eerste deel is getwist zodat je een soort afhouder creëert
Haak: maat 16 of 18
Montage: vast of free running

WEDSTRIJDSPANNING

Sportvissen is an sich natuurlijk al hartstikke leuk om te doen, maar voor Jeroen en Dennis is het competitie-element de spreekwoordelijke kers op de taart. Beide feedercracks vertellen waarom zij zo gek zijn van het wedstrijdvissen.

“Je kijkt iedere week uit naar de wedstrijd op zondag”, zegt Dennis. “Doordeweeks ben je druk met werk, maar sluimert het stiekem toch al. Ik check uitslagen van andere wedstrijden, volg de vangstberichten op de voet, en tref voorbereidingen voor het water waar je die zondag aan de slag gaat. Eigenlijk ben ik er op de een of andere manier altijd wel mee bezig.” Behalve de wedstrijdspanning biedt het vissen hem ook rust en ontspanning. “Je gaat helemaal op in het vissen. Alle focus gaat op de hengeltop en verder maak je je even nergens meer druk om. Dat doe je ook nog eens buiten, dus dat maakt het helemaal een heerlijke bezigheid.”

“Voor mij speelt ook het sociale aspect een belangrijke rol”, zegt Jeroen. “Met je vaste vismaat wedstrijden vissen is natuurlijk al gezellig, maar met de concurrentie krijg je mettertijd ook een band. Je komt elkaar toch vrij regelmatig tegen aan de waterkant en deelt dezelfde passie. Dan heb je al snel leuke gesprekken.” Hoewel zijn agenda voor 2025 inmiddels al weer aardig is gevuld, zijn er ook weekenden waarin er geen wedstrijden op de rol staan. “Dan vissen we vaak zogenaamde onderonsjes. In de loop van de week bel je elkaar op om te vragen of er nog gevist wordt – ja, natuurlijk – en dan prikje met een clubje een tijdstip plus locatie. Je vist voor de leut of een klein prijsje, maar bent er wel lekker even uit.”

Zorg ’s winters ook voor de inwendige mens zodat je het aan de waterkant langer volhoudt.

Om de lijn zoveel mogelijk vrij te houden legt Dennis het startoog van de hengel steevast op de steun.

Voer fungeert primair als een transportmiddel voor het aas. Zeker in de winterperiode is het raadzaam om dit laatste slechts spaarzaam te brengen.

HANDIGHEIDJES
Om de stemming er onder water toch wat meer in te krijgen, passen de vismaten verschillende trucjes toe. Bijvoorbeeld even kort aan de lijn trekken om het aas iets te verslepen en een aanbeet uit te lokken. Of bij een weifelende pluk op de hengeltop deze iets richting de vis bewegen zodat er minder spanning op de lijn komt te staan. Het combineren van verschillende aassoorten tot een cocktail werkt doorgaans ook goed. “Wat ik ook vaak doe is twee stekken bevissen. Eentje ondiep, de andere wat dieper”, legt Dennis uit. “Daarom heb ik steeds twee hengels klaarstaan met de lijn op verschillende afstanden in de clip. Wanneer de ene korf in het water ligt, vul ik die van de andere hengel en prik ik aas op de haak. Zo kan ik snel schakelen en verlies ik geen tijd.”

OP ZIJN KOP GEZET 
Toch moet ook hij telkens even binnendraaien als er scheepvaartverkeer voorbij komt. Dit betreft vooral pleziervaart op weg naar de winterstalling – in de zomer is het op de Zijl een kwestie van vroeg aan het water zijn om ongestoord te kunnen vissen – maar op een gegeven moment passeert er een binnenvaartschip dat kiezelstenen transporteert. “Door de geringe diepte van de Zijl (een meter of drie) ploegt dit diep geladen schip de hele bodem om. Zie je al die modder en slib opwervelen?”, wijst Jeroen op het bruine water. “Het zal nu vermoedelijk nog lastiger worden om een visje te vangen aangezien de stek helemaal op zijn kop is gezet. Het is zaak om snel een stuk of vijf à zes korven te brengen en zo te proberen om de boel te herstarten.”

ONVERWACHT SLOT
Dat lijkt lange tijd een heilloze missie. Want waar Dennis met af en toe een ‘strafworp’ – slaat hij mis op een aanbeet, dan gaat de volgende worp een beaasde onderlijn plus een lege korf richting de stek – nog een visje vangt, zit er in de top van Jeroen haast geen beweging. “Het is allemaal minimaal gerommel. Er heerst geen voedselnijd op de stek, dus de vis heeft alle tijd om het aas te inspecteren. Zou er concurrentie zijn om het voedsel, dan vertaalt zich dat direct in overtuigende aanbeten.” De rust biedt mooi de gelegenheid om de inwendige mens te versterken met warme soep. Alsof ze het onder water ruiken dat hij even met wat anders bezig is, trekt de top ineens krom. “Kijk nou, dat verwacht je toch niet?! Het is niet moeders mooiste, maar hij legt genoeg gewicht in de schaal om het wedstrijdje van vandaag te winnen”, zegt hij net hard genoeg zodat Dennis het kan horen.

VERRASSINGEN
Over naar boven halen gesproken: tot nog toe zijn de landingsnetten kurkdroog gebleven. “Er zit gezien de tikjes op de hengeltop wel vis op de stek, maar die aast heel erg voorzichtig of het is klein spul. Op dit gepluk aanslaan heeft simpelweg weinig zin”, beoordeelt Dennis de situatie. Dat de vis na een eerste echt koude nacht niet bepaald los is, blijkt wel als hij eerst een voorntje noteert die als een soort ‘verstekeling’ meekomt bij het binnendraaien van de korf. Vervolgens is het bij zijn buurman rechts ook onverwachts raak. “Joh, ik heb geen aanbeet gezien. Deze brasem is echt puur toeval omdat ik simpelweg van haakaas wilde wisselen”, zegt Jeroen. “Als het qua aanbeten niet wil vlotten, kan een andere snack presenteren de sleutel tot succes zijn. Daarom heb ik altijd een ruime selectie lekkers op mijn aasplateau voorradig.”

STUK SELECTIEVER
Naast de vertrouwde maden, pinkies, dode maden, casters en mestpiertjes vallen de fluor-oranje wafters daarbij extra op. “Daar vis ik niet heel veel mee, maar die kunnen soms echt uitkomst bieden. Wanneer je veel last hebt van lijnzwemmers of op een productieve stek zit maar vrijwel alleen voorn vangt, kan het presenteren van zo’n wafter op een method feeder rig (met een bajonet oftewel bait spike) ervoor zorgen dat je ook brasem begint te vangen. Dit type aas is wat selectiever en biedt ook ‘platten’ de kans om aan te bijten.” De luxe van een goedlopende stek is de heren vandaag echter niet gegund. Het blijft sprokkelen, met wat voorntjes, een grondel, een baarsje en zelfs een snoekbaarsje als vangsten. “Het kan niet altijd feest zijn”, zegt Dennis luchtig bij een volgende worp. 

De snoek die een voorntje heeft gepakt trekt de hengel flink krom.

“Is Harry wellicht verhuisd?”, vraagt Dennis ietwat vertwijfeld aan Jeroen terwijl zijn lichte feederhengel bijzonder ver doorbuigt en de snaarstrakke lijn in een rap tempo steeds verder in het water verdwijnt. Dit is duidelijk geen brasem, dus het vermoeden dat de metersnoek van het bruggetje iets verderop het nu hier op de witvis gemunt heeft is niet eens zo’n gekke gedachte. “Het zou zomaar kunnen dat-ie achter de voorns aan iets meer richting de stad is opgeschoven”, zegt Jeroen terwijl hij de dril aandachtig volgt. Of het deze oude bekende betreft zullen we echter nooit te weten komen: plotsklaps veert de hengel recht. “De haaklijn is doorgebeten”, meldt Dennis terwijl hij de in de wind wapperende lijn binnendraait.

VROEG VERKASSEN
Normaal gesproken vissen Jeroen en Dennis elders aan de Zijl, maar met de snijdende wind en de vis die richting de winter holdings trekt hebben de vaste vismaten nu gekozen voor een stek aan de rand van Leiden en Leiderdorp. “In het voorjaar en de zomer zitten we vaak een paar kilometer verderop in de polder, maar daar was het vanochtend vroeg schrapen voor een voorntje. Vandaar dat we na een uurtje ploeteren hier naartoe verkast zijn”, licht Jeroen de stekkeuze toe. De berichten dat er hier onlangs met de vaste stok goed is gevangen speelden ook een rol. “Op deze rivier kun je ook prima met de vaste hengel terecht, maar wij zijn feedervissers pur sang”, gaat de kersverse pensionado verder terwijl hij een korfje vult met voer.

COMPETITIEDRANG
Jeroen en Dennis vissen al zo’n vijf jaar samen, nadat de vertegenwoordiger in bouwmaterialen en de timmerman elkaar tijdens de schaft in een keet op de bouw hadden leren kennen. “Toen bleek dat we allebei visten, was er al snel een klik. Eerst zijn we samen recreatief gaan vissen, maar al vrij vlot ook wedstrijden”, vult Dennis aan. Beide heren zijn redelijk competitief ingesteld, dus toen ze de eerste wedstrijd waar ze als koppel gezamenlijk aan deelnamen ook wonnen was de basis voor meer optredens rap gelegd. Jeroen: “Zelfs als we voor de leut vissen, zoals nu, maken we er toch een onderling wedstrijdje van; inclusief stekloting en weging. Zo daag je elkaar toch telkens uit om het beste in jezelf naar boven te halen.” 

de zijl

De Zijl is voor Jeroen Verra (65) en Dennis Ooiendijk (51) het water waar ze tussen hun drukke wedstrijdschema door graag recreatief feedervissen. Dit riviertje ligt voor de inwoners van Leiden en Valkenburg praktisch naast de deur en biedt bovendien kans op mooie vangsten. We schoven begin november bij hen aan voor een vriendschappelijke krachtmeting.

UITDAGING AAN

Kies een vast richtpunt aan de overkant van het water en zet de lijn na een proefworp op de gewenste afstand in de lijnclip. Zo belandt de korf steeds op dezelfde plek in het water.

>> MATERIAAL

Hengel: 11 voet (3.35 meter) met een werpgewicht tot 50 gram, zodat je voerkorven van 30 tot 35 gram optimaal kunt wegzetten
Molen: 3000-formaat
Hoofdlijn: 8/00 gevlochten lijn
Voorslag: tapered leader van enkele meters zodat je voldoende rek en demping hebt tijdens de worp en de dril
Voerkorf: gaasmodel, 30 tot 35 gram in verband met de zachte bodem
Onderlijn: 11/00 nylon, het eerste deel is getwist zodat je een soort afhouder creëert
Haak: maat 16 of 18
Montage: vast of free running

Variëren
met aassoorten
kan de sleutel tot succes zijn

Zorg ’s winters ook voor de inwendige mens zodat je het aan de waterkant langer volhoudt.

HANDIGHEIDJES
Om de stemming er onder water toch wat meer in te krijgen, passen de vismaten verschillende trucjes toe. Bijvoorbeeld even kort aan de lijn trekken om het aas iets te verslepen en een aanbeet uit te lokken. Of bij een weifelende pluk op de hengeltop deze iets richting de vis bewegen zodat er minder spanning op de lijn komt te staan. Het combineren van verschillende aassoorten tot een cocktail werkt doorgaans ook goed. “Wat ik ook vaak doe is twee stekken bevissen. Eentje ondiep, de andere wat dieper”, legt Dennis uit. “Daarom heb ik steeds twee hengels klaarstaan met de lijn op verschillende afstanden in de clip. Wanneer de ene korf in het water ligt, vul ik die van de andere hengel en prik ik aas op de haak. Zo kan ik snel schakelen en verlies ik geen tijd.”

OP ZIJN KOP GEZET 
Toch moet ook hij telkens even binnendraaien als er scheepvaartverkeer voorbij komt. Dit betreft vooral pleziervaart op weg naar de winterstalling – in de zomer is het op de Zijl een kwestie van vroeg aan het water zijn om ongestoord te kunnen vissen – maar op een gegeven moment passeert er een binnenvaartschip dat kiezelstenen transporteert. “Door de geringe diepte van de Zijl (een meter of drie) ploegt dit diep geladen schip de hele bodem om. Zie je al die modder en slib opwervelen?”, wijst Jeroen op het bruine water. “Het zal nu vermoedelijk nog lastiger worden om een visje te vangen aangezien de stek helemaal op zijn kop is gezet. Het is zaak om snel een stuk of vijf à zes korven te brengen en zo te proberen om de boel te herstarten.”

ONVERWACHT SLOT
Dat lijkt lange tijd een heilloze missie. Want waar Dennis met af en toe een ‘strafworp’ – slaat hij mis op een aanbeet, dan gaat de volgende worp een beaasde onderlijn plus een lege korf richting de stek – nog een visje vangt, zit er in de top van Jeroen haast geen beweging. “Het is allemaal minimaal gerommel. Er heerst geen voedselnijd op de stek, dus de vis heeft alle tijd om het aas te inspecteren. Zou er concurrentie zijn om het voedsel, dan vertaalt zich dat direct in overtuigende aanbeten.” De rust biedt mooi de gelegenheid om de inwendige mens te versterken met warme soep. Alsof ze het onder water ruiken dat hij even met wat anders bezig is, trekt de top ineens krom. “Kijk nou, dat verwacht je toch niet?! Het is niet moeders mooiste, maar hij legt genoeg gewicht in de schaal om het wedstrijdje van vandaag te winnen”, zegt hij net hard genoeg zodat Dennis het kan horen.

 Jeroen Verra – die al vanaf zijn vijfde op de Zijl vist – met een brasem van dit water.

De snoek die een voorntje heeft gepakt trekt de hengel flink krom.

WEDSTRIJDSPANNING

Sportvissen is an sich natuurlijk al hartstikke leuk om te doen, maar voor Jeroen en Dennis is het competitie-element de spreekwoordelijke kers op de taart. Beide feedercracks vertellen waarom zij zo gek zijn van het wedstrijdvissen.

“Je kijkt iedere week uit naar de wedstrijd op zondag”, zegt Dennis. “Doordeweeks ben je druk met werk, maar sluimert het stiekem toch al. Ik check uitslagen van andere wedstrijden, volg de vangstberichten op de voet, en tref voorbereidingen voor het water waar je die zondag aan de slag gaat. Eigenlijk ben ik er op de een of andere manier altijd wel mee bezig.” Behalve de wedstrijdspanning biedt het vissen hem ook rust en ontspanning. “Je gaat helemaal op in het vissen. Alle focus gaat op de hengeltop en verder maak je je even nergens meer druk om. Dat doe je ook nog eens buiten, dus dat maakt het helemaal een heerlijke bezigheid.”

“Voor mij speelt ook het sociale aspect een belangrijke rol”, zegt Jeroen. “Met je vaste vismaat wedstrijden vissen is natuurlijk al gezellig, maar met de concurrentie krijg je mettertijd ook een band. Je komt elkaar toch vrij regelmatig tegen aan de waterkant en deelt dezelfde passie. Dan heb je al snel leuke gesprekken.” Hoewel zijn agenda voor 2025 inmiddels al weer aardig is gevuld, zijn er ook weekenden waarin er geen wedstrijden op de rol staan. “Dan vissen we vaak zogenaamde onderonsjes. In de loop van de week bel je elkaar op om te vragen of er nog gevist wordt – ja, natuurlijk – en dan prikje met een clubje een tijdstip plus locatie. Je vist voor de leut of een klein prijsje, maar bent er wel lekker even uit.”

VERRASSINGEN
Over naar boven halen gesproken: tot nog toe zijn de landingsnetten kurkdroog gebleven. “Er zit gezien de tikjes op de hengeltop wel vis op de stek, maar die aast heel erg voorzichtig of het is klein spul. Op dit gepluk aanslaan heeft simpelweg weinig zin”, beoordeelt Dennis de situatie. Dat de vis na een eerste echt koude nacht niet bepaald los is, blijkt wel als hij eerst een voorntje noteert die als een soort ‘verstekeling’ meekomt bij het binnendraaien van de korf. Vervolgens is het bij zijn buurman rechts ook onverwachts raak. “Joh, ik heb geen aanbeet gezien. Deze brasem is echt puur toeval omdat ik simpelweg van haakaas wilde wisselen”, zegt Jeroen. “Als het qua aanbeten niet wil vlotten, kan een andere snack presenteren de sleutel tot succes zijn. Daarom heb ik altijd een ruime selectie lekkers op mijn aasplateau voorradig.”

STUK SELECTIEVER
Naast de vertrouwde maden, pinkies, dode maden, casters en mestpiertjes vallen de fluor-oranje wafters daarbij extra op. “Daar vis ik niet heel veel mee, maar die kunnen soms echt uitkomst bieden. Wanneer je veel last hebt van lijnzwemmers of op een productieve stek zit maar vrijwel alleen voorn vangt, kan het presenteren van zo’n wafter op een method feeder rig (met een bajonet oftewel bait spike) ervoor zorgen dat je ook brasem begint te vangen. Dit type aas is wat selectiever en biedt ook ‘platten’ de kans om aan te bijten.” De luxe van een goedlopende stek is de heren vandaag echter niet gegund. Het blijft sprokkelen, met wat voorntjes, een grondel, een baarsje en zelfs een snoekbaarsje als vangsten. “Het kan niet altijd feest zijn”, zegt Dennis luchtig bij een volgende worp. 

Om de lijn zoveel mogelijk vrij te houden legt Dennis het startoog van de hengel steevast op de steun.

Voer fungeert primair als een transportmiddel voor het aas. Zeker in de winterperiode is het raadzaam om dit laatste slechts spaarzaam te brengen.

“Is Harry wellicht verhuisd?”, vraagt Dennis ietwat vertwijfeld aan Jeroen terwijl zijn lichte feederhengel bijzonder ver doorbuigt en de snaarstrakke lijn in een rap tempo steeds verder in het water verdwijnt. Dit is duidelijk geen brasem, dus het vermoeden dat de metersnoek van het bruggetje iets verderop het nu hier op de witvis gemunt heeft is niet eens zo’n gekke gedachte. “Het zou zomaar kunnen dat-ie achter de voorns aan iets meer richting de stad is opgeschoven”, zegt Jeroen terwijl hij de dril aandachtig volgt. Of het deze oude bekende betreft zullen we echter nooit te weten komen: plotsklaps veert de hengel recht. “De haaklijn is doorgebeten”, meldt Dennis terwijl hij de in de wind wapperende lijn binnendraait.

VROEG VERKASSEN
Normaal gesproken vissen Jeroen en Dennis elders aan de Zijl, maar met de snijdende wind en de vis die richting de winter holdings trekt hebben de vaste vismaten nu gekozen voor een stek aan de rand van Leiden en Leiderdorp. “In het voorjaar en de zomer zitten we vaak een paar kilometer verderop in de polder, maar daar was het vanochtend vroeg schrapen voor een voorntje. Vandaar dat we na een uurtje ploeteren hier naartoe verkast zijn”, licht Jeroen de stekkeuze toe. De berichten dat er hier onlangs met de vaste stok goed is gevangen speelden ook een rol. “Op deze rivier kun je ook prima met de vaste hengel terecht, maar wij zijn feedervissers pur sang”, gaat de kersverse pensionado verder terwijl hij een korfje vult met voer.

COMPETITIEDRANG
Jeroen en Dennis vissen al zo’n vijf jaar samen, nadat de vertegenwoordiger in bouwmaterialen en de timmerman elkaar tijdens de schaft in een keet op de bouw hadden leren kennen. “Toen bleek dat we allebei visten, was er al snel een klik. Eerst zijn we samen recreatief gaan vissen, maar al vrij vlot ook wedstrijden”, vult Dennis aan. Beide heren zijn redelijk competitief ingesteld, dus toen ze de eerste wedstrijd waar ze als koppel gezamenlijk aan deelnamen ook wonnen was de basis voor meer optredens rap gelegd. Jeroen: “Zelfs als we voor de leut vissen, zoals nu, maken we er toch een onderling wedstrijdje van; inclusief stekloting en weging. Zo daag je elkaar toch telkens uit om het beste in jezelf naar boven te halen.” 

Sportvisserij Nederland

Hét VISblad online magazine
Volledig scherm