hotspots
Met de VISpas en de VISplanner heb je een geweldig arsenaal aan viswater tot je beschikking. Elke editie lichten we in deze rubriek één bijzonder viswater nader toe. Deze maand is dat de Kromme Rijn in de provincie Utrecht. Kijk in de gratis VISplanner app of op VISPLANNER.NL om te zien waar je precies met de VISpas terecht kunt.
kromme rijn
(utrecht)
De Kromme Rijn is een schilderachtig water in de provincie Utrecht. Vanaf de Nederrijn bij Wijk bij Duurstede kronkelt dit 28 kilometer lange riviertje langs forten, kastelen, oude landgoederen, weilanden en (kersen)boomgaarden naar de Stadsbuitengracht in Utrecht. De Kromme Rijn kent een gevarieerde visstand met onder meer grote brasems en dikke windes, ruis- en blankvoorns, roofbleien, snoeken en andere rovers.
TEKST: ARNOUT TERLOUW > BEELD: REIN RIJKE
De Kromme Rijn was ooit de hoofdstroom van de Rijn en vormde aan het begin van de jaartelling de noordgrens van het Romeinse Rijk. Vanwege de strategische ligging vind je hier ook veel forten en verdedigingswerken van de Nieuwe Hollandse Waterlinie. Tegenwoordig is de rivier belangrijk voor de waterhuishouding van de stad Utrecht en als ecologische verbinding tussen verschillende natuurgebieden. Dankzij het in 1635 aangelegde jaagpad is erg veel water heel goed (te voet) bereikbaar. Ga dus licht bepakt op pad aangezien je vaak een stukje moet lopen. De Kromme Rijn is op de meeste plekken niet breder dan 15 meter en kan soms behoorlijk stromen – zeker op de smallere stukken. Dit is afhankelijk van de hoeveelheid water die via de inlaat bij Wijk bij Duurstede wordt aangevoerd en hoe het peil via de stuwtjes bij Werkhoven en Cothen wordt gereguleerd. De bodem is door die stroming behoorlijk hard, al kun je op sommige stukken redelijk wat bodemvegetatie aantreffen. In de zomermaanden is de Kromme Rijn ook een geliefd water bij kanovaarders; iets om bij het vissen rekening mee te houden.
WITVIS
Door de beperkte breedte leent de Kromme Rijn zich bij uitstek voor het vissen met de vaste stok. Op veel plekken volstaat een hengel van 9,5 meter lang. Dit riviertje is ook perfect voor het vissen met de match- en bolognesehengel, al kan de begroeiing op de bodem het driften soms lastig maken. Je kunt er prachtige brasems vangen van 1,5 tot 3 kg, maar ook 30 cm+ ruisvoorns, mooie blankvoorns en zelfs serpelingen – wat duidt op een goede waterkwaliteit. Heb je het op brasem voorzien, zorg dan voor een zwaar (rivier)voertje – eventueel met wat extra zware leem – met daarin geknipte wormen. Je kunt driftend met boldobbers vissen of blokkerend met zware vlagdobbers. Met de (method)feeder kun je het aas nog rustiger aanbieden. Er zwemmen ook hele grote windes. Die zijn vaak goed te vangen met brood. Voer korsten en loop over het jaagpad mee met het brood dat door de stroming wordt meegevoerd. Beginnen de windes te azen? Laat dan een drijvende korst (al dan niet met een floater controller) of een langzaam zinkende vlok onder een dobber te water. Zo maak je ook kans op roofblei en soms een forse blank- of ruisvoorn. Winde (en ook roofblei) zijn ook met de vliegenhengel en nymf goed te vangen.
Foto: Dennis Jansen
De Kromme Rijn kent een mooi en gevarieerd karperbestand
ROOFVIS
Het water is vaak vrij helder, behalve na veel regenval. Zichtjagers als snoek en roofblei voelen zich dan ook prima thuis in de Kromme Rijn, waaronder soms forse exemplaren. Metersnoeken zijn geen uitzondering, net als roofbleien van 70 cm. Snoek kun je met elk mogelijk kunstaas en tal van technieken vangen. Bijvoorbeeld struinend vanaf het jaagpad, maar ook met de vliegenhengel en streamer. Hotspots zijn bruggen, diepere stukken, splitsingen naar zijtakken en de vele lelievelden en rietkragen. In de wintermaanden vind je de snoek meestal op de beschutte stukken, bij een bos, landgoed of tussen de bebouwing. Dood aas is dan heel effectief, zeker als je tot in het donker doorvist.
Roofblei laat zich vaak zien en horen als ze jagen. Soms zijn ze vanaf bruggen zichtbaar in de luwte van de stroming. Een snel gevist, ondiep lopend plugje of een klein oppervlakteaasje zijn dan prima opties. Kijk trouwens niet raar op als je daarmee een grote winde haakt! Snoekbaars en baars zitten er niet heel veel, maar wel flinke exemplaren. Slanke, kleine shads of plugjes/twitchbaits zijn favoriet, maar vergeet ook de dropshot niet.
KARPER
Er zwemt een heel mooi en gevarieerd karperbestand op de Kromme Rijn: fraai beschubde spiegels, rijen-, schub- en ook graskarpers. De vissen zijn wel reislustig, want over de hele lengte van de rivier wordt karper gevangen. Twee of drie dagen voorvoeren werkt over het algemeen in je voordeel, maar is zeker geen garantie voor succes. De aanpak kun je relatief simpel houden. Er is een zekere mate van dressuur op de Kromme Rijn, maar lang niet zo erg als op sommige plassen en kanalen in de regio Utrecht. Houd wel rekening met de (grote) brasem en winde. Die zijn ook niet vies van boilies! Grote, harde boilies en/of tijgernoten zijn daarom aan te raden. Bedenk ten slotte dat het na hevige regenval soms flink kan stromen, met als mogelijk gevolg dat drijfvuil en wier zich in je lijn en montage kan nestelen.
ELEKTRISCH VAREN
Op de benedenloop van de Kromme Rijn – tussen de Waterlinieweg in Utrecht en de stuw Werkhoven in Bunnik – is varen met elektrisch aangedreven boten toegestaan. Op de bovenloop, vanaf de stuw in Werkhoven tot en met Wijk bij Duurstede, geldt echter een algeheel vaarverbod voor gemotoriseerde vaartuigen.
hotspots
Met de VISpas en de VISplanner heb je een geweldig arsenaal aan viswater tot je beschikking. Elke editie lichten we in deze rubriek één bijzonder viswater nader toe. Deze maand is dat de Kromme Rijn in de provincie Utrecht. Kijk in de gratis VISplanner app of op VISPLANNER.NL om te zien waar je precies met de VISpas terecht kunt.
kromme rijn
(utrecht)
De Kromme Rijn was ooit de hoofdstroom van de Rijn en vormde aan het begin van de jaartelling de noordgrens van het Romeinse Rijk. Vanwege de strategische ligging vind je hier ook veel forten en verdedigingswerken van de Nieuwe Hollandse Waterlinie. Tegenwoordig is de rivier belangrijk voor de waterhuishouding van de stad Utrecht en als ecologische verbinding tussen verschillende natuurgebieden. Dankzij het in 1635 aangelegde jaagpad is erg veel water heel goed (te voet) bereikbaar. Ga dus licht bepakt op pad aangezien je vaak een stukje moet lopen. De Kromme Rijn is op de meeste plekken niet breder dan 15 meter en kan soms behoorlijk stromen – zeker op de smallere stukken. Dit is afhankelijk van de hoeveelheid water die via de inlaat bij Wijk bij Duurstede wordt aangevoerd en hoe het peil via de stuwtjes bij Werkhoven en Cothen wordt gereguleerd. De bodem is door die stroming behoorlijk hard, al kun je op sommige stukken redelijk wat bodemvegetatie aantreffen. In de zomermaanden is de Kromme Rijn ook een geliefd water bij kanovaarders; iets om bij het vissen rekening mee te houden.
WITVIS
Door de beperkte breedte leent de Kromme Rijn zich bij uitstek voor het vissen met de vaste stok. Op veel plekken volstaat een hengel van 9,5 meter lang. Dit riviertje is ook perfect voor het vissen met de match- en bolognesehengel, al kan de begroeiing op de bodem het driften soms lastig maken. Je kunt er prachtige brasems vangen van 1,5 tot 3 kg, maar ook 30 cm+ ruisvoorns, mooie blankvoorns en zelfs serpelingen – wat duidt op een goede waterkwaliteit. Heb je het op brasem voorzien, zorg dan voor een zwaar (rivier)voertje – eventueel met wat extra zware leem – met daarin geknipte wormen. Je kunt driftend met boldobbers vissen of blokkerend met zware vlagdobbers. Met de (method)feeder kun je het aas nog rustiger aanbieden. Er zwemmen ook hele grote windes. Die zijn vaak goed te vangen met brood. Voer korsten en loop over het jaagpad mee met het brood dat door de stroming wordt meegevoerd. Beginnen de windes te azen? Laat dan een drijvende korst (al dan niet met een floater controller) of een langzaam zinkende vlok onder een dobber te water. Zo maak je ook kans op roofblei en soms een forse blank- of ruisvoorn. Winde (en ook roofblei) zijn ook met de vliegenhengel en nymf goed te vangen.
Foto: Dennis Jansen
De Kromme Rijn kent een mooi en gevarieerd karperbestand
ELEKTRISCH VAREN
Op de benedenloop van de Kromme Rijn – tussen de Waterlinieweg in Utrecht en de stuw Werkhoven in Bunnik – is varen met elektrisch aangedreven boten toegestaan. Op de bovenloop, vanaf de stuw in Werkhoven tot en met Wijk bij Duurstede, geldt echter een algeheel vaarverbod voor gemotoriseerde vaartuigen.
ROOFVIS
Het water is vaak vrij helder, behalve na veel regenval. Zichtjagers als snoek en roofblei voelen zich dan ook prima thuis in de Kromme Rijn, waaronder soms forse exemplaren. Metersnoeken zijn geen uitzondering, net als roofbleien van 70 cm. Snoek kun je met elk mogelijk kunstaas en tal van technieken vangen. Bijvoorbeeld struinend vanaf het jaagpad, maar ook met de vliegenhengel en streamer. Hotspots zijn bruggen, diepere stukken, splitsingen naar zijtakken en de vele lelievelden en rietkragen. In de wintermaanden vind je de snoek meestal op de beschutte stukken, bij een bos, landgoed of tussen de bebouwing. Dood aas is dan heel effectief, zeker als je tot in het donker doorvist.
Roofblei laat zich vaak zien en horen als ze jagen. Soms zijn ze vanaf bruggen zichtbaar in de luwte van de stroming. Een snel gevist, ondiep lopend plugje of een klein oppervlakteaasje zijn dan prima opties. Kijk trouwens niet raar op als je daarmee een grote winde haakt! Snoekbaars en baars zitten er niet heel veel, maar wel flinke exemplaren. Slanke, kleine shads of plugjes/twitchbaits zijn favoriet, maar vergeet ook de dropshot niet.
KARPER
Er zwemt een heel mooi en gevarieerd karperbestand op de Kromme Rijn: fraai beschubde spiegels, rijen-, schub- en ook graskarpers. De vissen zijn wel reislustig, want over de hele lengte van de rivier wordt karper gevangen. Twee of drie dagen voorvoeren werkt over het algemeen in je voordeel, maar is zeker geen garantie voor succes. De aanpak kun je relatief simpel houden. Er is een zekere mate van dressuur op de Kromme Rijn, maar lang niet zo erg als op sommige plassen en kanalen in de regio Utrecht. Houd wel rekening met de (grote) brasem en winde. Die zijn ook niet vies van boilies! Grote, harde boilies en/of tijgernoten zijn daarom aan te raden. Bedenk ten slotte dat het na hevige regenval soms flink kan stromen, met als mogelijk gevolg dat drijfvuil en wier zich in je lijn en montage kan nestelen.