Waar vooraf werd gedacht dat de matchhengel de hoofdrol zou opeisen, speelde de vaste stok toch ook een belangrijke rol.
UITSLAGEN
Landenklassement top-3
1. België, 45 punten;
2. Tsjechië, 54 punten;
3. Hongarije, 57 punten;
14. Nederland, 124 punten.
Individueel klassement top-3
1. Tim Vervaet, België, 2 punten;
2. Heiko Schmidt, Duitsland, 3 punten;
3. Bart De Cree, België, 4 punten.
Wil je niks missen qua wedstrijdnieuws? Zorg dan dat je de Facebookpagina ‘Wedstrijdvissennl’ van Sportvisserij Nederland volgt. Zo ben je altijd op de hoogte van de laatste ontwikkelingen op wedstrijdgebied.

Onze zuiderburen hebben dankzij een ijzersterke slotdag het EK Dobbervissen in Slowakije gewonnen. Ook in het individuele klassement ging België er in de persoon van Tim Vervaet met het goud vandoor. Team Holland eindigde teleurstellend als veertiende op dit EK.
TEKST: REDACTIE > FOTOGRAFIE: GERDA SWART
“We hadden op meer gehoopt”, erkent Anja Groot terwijl ze met Team Holland vanuit Slowakije onderweg is naar huis. Vooraf gold de Nederlandse ploeg – Nick Eestermans, Stefan Hooyman, Luciën de Rade, Twan Swart, Anja Groot, reserve Collin Besseling en bondscoach Peter Swart – niet als topfavoriet, maar de mix van jong talent en ervaren wedstrijdvissers bood zeker kans op een goede klassering. Het wedstrijdparcours van dit EK was het uitgestrekte Sĺňava-reservoir, dat wordt doorkruist door de Váh (de langste rivier van Slowakije). De omstandigheden varieerden flink per vak, met waterdieptes van 1,5 tot 4 meter. Brasem was het hoofddoel voor een goede klassering, maar tussen de ‘platten’ door werden ook andere soorten witvis en kleine karpers gevangen.
VOERTACTIEK
Aan de telefoon blikt Groot terug op de oorzaak van het tegenvallende resultaat van de Nederlanders. Dat begint volgens haar bij de basis. “Je moet de voertactiek vanaf het begin goed hebben staan. Je werkt met een bepaald plan dat gedurende de trainingen wordt bedacht. Maar als dat tijdens de wedstrijd niet goed uitpakt, wordt het lastig om een goed resultaat neer te zetten.” Ze noemt haar aanpak op de tweede wedstrijddag als voorbeeld. “Mijn lokvoer was op zondag gemend met een flink deel leem, terwijl mijn buren puur voer gebruikten – en veel beter vingen. Het is een kwestie van de juiste voersamenstelling vinden om de vis naar je stek te lokken”, concludeert ze.
MATCH OF VASTE STOK?
Tijdens de trainingsweek voorafgaand aan de twee wedstrijddagen leek de matchhengel dé aangewezen techniek voor de omstandigheden aan het Sĺňava-reservoir. Dat kwam overeen met de dobbertechniek die door de locals het meest wordt gebruikt. Toch pakte het in de praktijk op dit EK iets anders uit. “Tijdens de wedstrijddagen speelde de vaste stok onverwacht een grote rol, al was dat niet overal en altijd het geval”, licht Groot toe. “In vak A werd op zaterdag bijvoorbeeld goed gevangen met de vaste stok, maar een dag later draaiden de rollen om en scoorde de match beduidend beter. Het was dus een toernooi met de nodige haken en ogen.”
BELGISCHE SUPREMATIE
In het Belgische kamp hangt de vlag er heel anders bij. Daar viel het kwartje dit jaar wel de goede kant op. Bij het EK Dobbervissen vorig jaar in het Nederlandse Spannenburg stonden de Belgen na dag één goed geklasseerd, maar zakten ze daarna weg uit de top van het klassement. Dit jaar stonden ze na de eerste wedstrijddag virtueel op brons. Op de slotdag knalden ze met slechts achttien punten – beste dagscore van het toernooi – over alles en iedereen heen. Ook de eindscore in het individueel klassement bevestigt hun dominantie: met drie vissers in de top vier eindigen is een unicum. “Zij hebben het simpelweg geweldig gedaan,” complimenteert Groot de kersverse kampioenen.


wedstrijdvissen

UITSLAGEN WK FEEDER
Top-5 landenklassement
Engeland, 52 punten;
Tsjechië, 58 punten;
Duitsland, 69 punten;
Nederland, 73 punten;
Slowakije, 77.5 punten.
Top-3 individueel
Felix Scheuermann, Duitsland, 2 punten;
Arturas Lapinskas, Litouwen, 3 punten;
Ramon Ansing, Nederland, 3 punten.
ACTIEVE VISSERIJ
De keuze voor kleine vis vroeg om een actieve aanpak. “We lieten de ankerkorven nooit langer dan drie minuten liggen”, zegt Ansing. “Die hadden we deels dicht getapet, zodat het aas snel naar de bodem ging. De onderlijnen van 14 of 16/00 nylon waren 100 tot 125 centimeter lang, zodat het haakaas aan het eind van het voerspoor lag. Veel vis aasde waarschijnlijk iets boven de bodem, en dan werkt zo’n lange lijn erg goed bij het actief vissen.” Op een haak maat 12 of 14 prikten ze niet veel aas: twee maden plus een stukje worm.
NET BUITEN PODIUM
Na een solide optreden op dag één (34 punten, goed voor de derde plaats) viste de Nederlandse equipe in de tweede en laatste wedstrijd helaas minder sterk (39 punten). Daardoor kregen andere landen op de slotdag kans om in te lopen. Duitsland, dat na de eerste wedstrijd nog zesde stond, viste ijzersterk op zondag en schoof daardoor op naar plek drie. Met als resultaat dat Team Holland net buiten het podium viel. Het verschil tussen de top drie was uiteindelijk aanzienlijk, maar tussen plaats drie en zes lagen de verschillen juist heel dicht bij elkaar.
“Vanzelfsprekend ben ik blij met het individuele resultaat, maar het is ook erg jammer dat we met de ploeg net geen medaille hebben gepakt”, zegt Ramon als hij daags na het WK met zijn teamgenoten – Danny van den Ende, Martijn Kroes, Jan Willem Plekkenpol, Frank van der Schaft,
reserve Jan-Bart Uuldersma en de bondscoaches Gerrit Ansing en Ben van Ek – in de auto op weg is naar huis. Na de eerste wedstrijddag stond Team Holland op de derde plaats, drie punten achter Tsjechië en tien achter koploper Engeland. “Het WK-parcours was een rivier met stekken die zeer wisselvallig waren qua karakter en vangsten. Bij aanvang van dag twee was dus alles nog mogelijk”, blikt de huidig Europees kampioen dobbervissen terug.
GRILLIGE RIVIER
Het WK Feedervissen vond plaats langs de Skirvyte, een rivier die deels de grens vormt tussen Litouwen en Rusland. Het wedstrijdwater vormde een fikse uitdaging voor de 22 deelnemende landenteams. De vijf vakken waar werd gevist lagen verspreid over verschillende secties van de rivier. “In sommige vakken was de Skirvyte zo’n zeventig meter breed, bijna zes meter diep en stroomde het water zo hard dat je minimaal 100 gram werpgewicht nodig had om de korf op zijn plek te houden”, zegt Ansing. “Op andere delen van de rivier was die krap tweehonderd meter breed, zo’n 3,5 meter diep en stond er veel minder stroming.”
BRASEM OF KLEINE VIS?
Ondanks de verschillen tussen de vakken zat er per stek niet veel variatie qua techniek. Ansing: “Het gros van de vangsten bestond uit kolblei en blankvoorn. Die ving je voornamelijk op 25 tot 30 meter afstand. Voor brasem moest je de voerkorf verder weg presenteren, op zo’n 35 tot 40 meter. Dat waren flinke vissen van gemiddeld zo’n drie pond, met af en toe uitschieters tot vijf pond.” Deze twee opties dwongen de teams om te kiezen. “Sommige landen gokten op brasem, terwijl anderen – zoals wij en Engeland – kozen voor kleine vis (met een enkele brasem). Zo mikte Litouwen puur op brasem. Maar op de slotdag ving één van hun vissers geen ‘platten’. Dit kost je zoveel punten dat je medaillekansen zo goed als verkeken zijn”, legt de Groninger uit.
Ramon Ansing pakt brons
TEKST: REDACTIE > FOTOGRAFIE: steve winter
Voor het tweede jaar op rij heeft Ramon Ansing een bronzen medaille behaald bij het WK Feedervissen. Team Holland lag in Litouwen ook op koers voor het brons, maar werd op de laatste dag nog ingehaald door Duitsland en eindigde als vierde. Tsjechië pakte het zilver en Engeland zegevierde overtuigend in het landenklassement.

Waar vooraf werd gedacht dat de matchhengel de hoofdrol zou opeisen, speelde de vaste stok toch ook een belangrijke rol.

TUSSENSTAND
Team Hengelsport Westland/
HSV het Spanjooltje, 7 punten;Team HSV Reimerswaal,
9 punten;HSV de Zeebaars Korps,
13 punten;Colmic/Jurgers Zeevisteam,
15 punten;Team Hengelsport Zeeland - Fishing4all.nl,
18 punten.
Bekijk alle wedstrijduitslagen en de tussenstand in de PENN Nationale Teamcompetitie Kustvissen via www.sportvisserijnederland.nl.

Onze zuiderburen hebben dankzij een ijzersterke slotdag het EK Dobbervissen in Slowakije gewonnen. Ook in het individuele klassement ging België er in de persoon van Tim Vervaet met het goud vandoor. Team Holland eindigde teleurstellend als veertiende op dit EK.
TEKST: REDACTIE > FOTOGRAFIE: GERDA SWART
“We hadden op meer gehoopt”, erkent Anja Groot terwijl ze met Team Holland vanuit Slowakije onderweg is naar huis. Vooraf gold de Nederlandse ploeg – Nick Eestermans, Stefan Hooyman, Luciën de Rade, Twan Swart, Anja Groot, reserve Collin Besseling en bondscoach Peter Swart – niet als topfavoriet, maar de mix van jong talent en ervaren wedstrijdvissers bood zeker kans op een goede klassering. Het wedstrijdparcours van dit EK was het uitgestrekte Sĺňava-reservoir, dat wordt doorkruist door de Váh (de langste rivier van Slowakije). De omstandigheden varieerden flink per vak, met waterdieptes van 1,5 tot 4 meter. Brasem was het hoofddoel voor een goede klassering, maar tussen de ‘platten’ door werden ook andere soorten witvis en kleine karpers gevangen.
VOERTACTIEK
Aan de telefoon blikt Groot terug op de oorzaak van het tegenvallende resultaat van de Nederlanders. Dat begint volgens haar bij de basis. “Je moet de voertactiek vanaf het begin goed hebben staan. Je werkt met een bepaald plan dat gedurende de trainingen wordt bedacht. Maar als dat tijdens de wedstrijd niet goed uitpakt, wordt het lastig om een goed resultaat neer te zetten.” Ze noemt haar aanpak op de tweede wedstrijddag als voorbeeld. “Mijn lokvoer was op zondag gemend met een flink deel leem, terwijl mijn buren puur voer gebruikten – en veel beter vingen. Het is een kwestie van de juiste voersamenstelling vinden om de vis naar je stek te lokken”, concludeert ze.
MATCH OF VASTE STOK?
Tijdens de trainingsweek voorafgaand aan de twee wedstrijddagen leek de matchhengel dé aangewezen techniek voor de omstandigheden aan het Sĺňava-reservoir. Dat kwam overeen met de dobbertechniek die door de locals het meest wordt gebruikt. Toch pakte het in de praktijk op dit EK iets anders uit. “Tijdens de wedstrijddagen speelde de vaste stok onverwacht een grote rol, al was dat niet overal en altijd het geval”, licht Groot toe. “In vak A werd op zaterdag bijvoorbeeld goed gevangen met de vaste stok, maar een dag later draaiden de rollen om en scoorde de match beduidend beter. Het was dus een toernooi met de nodige haken en ogen.”
BELGISCHE SUPREMATIE
In het Belgische kamp hangt de vlag er heel anders bij. Daar viel het kwartje dit jaar wel de goede kant op. Bij het EK Dobbervissen vorig jaar in het Nederlandse Spannenburg stonden de Belgen na dag één goed geklasseerd, maar zakten ze daarna weg uit de top van het klassement. Dit jaar stonden ze na de eerste wedstrijddag virtueel op brons. Op de slotdag knalden ze met slechts achttien punten – beste dagscore van het toernooi – over alles en iedereen heen. Ook de eindscore in het individueel klassement bevestigt hun dominantie: met drie vissers in de top vier eindigen is een unicum. “Zij hebben het simpelweg geweldig gedaan,” complimenteert Groot de kersverse kampioenen.


UITSLAGEN WK FEEDER
Top-5 landenklassement
Engeland, 52 punten;
Tsjechië, 58 punten;
Duitsland, 69 punten;
Nederland, 73 punten;
Slowakije, 77.5 punten.
Top-3 individueel
Felix Scheuermann, Duitsland, 2 punten;
Arturas Lapinskas, Litouwen, 3 punten;
Ramon Ansing, Nederland, 3 punten.
ACTIEVE VISSERIJ
De keuze voor kleine vis vroeg om een actieve aanpak. “We lieten de ankerkorven nooit langer dan drie minuten liggen”, zegt Ansing. “Die hadden we deels dicht getapet, zodat het aas snel naar de bodem ging. De onderlijnen van 14 of 16/00 nylon waren 100 tot 125 centimeter lang, zodat het haakaas aan het eind van het voerspoor lag. Veel vis aasde waarschijnlijk iets boven de bodem, en dan werkt zo’n lange lijn erg goed bij het actief vissen.” Op een haak maat 12 of 14 prikten ze niet veel aas: twee maden plus een stukje worm.
NET BUITEN PODIUM
Na een solide optreden op dag één (34 punten, goed voor de derde plaats) viste de Nederlandse equipe in de tweede en laatste wedstrijd helaas minder sterk (39 punten). Daardoor kregen andere landen op de slotdag kans om in te lopen. Duitsland, dat na de eerste wedstrijd nog zesde stond, viste ijzersterk op zondag en schoof daardoor op naar plek drie. Met als resultaat dat Team Holland net buiten het podium viel. Het verschil tussen de top drie was uiteindelijk aanzienlijk, maar tussen plaats drie en zes lagen de verschillen juist heel dicht bij elkaar.
“Vanzelfsprekend ben ik blij met het individuele resultaat, maar het is ook erg jammer dat we met de ploeg net geen medaille hebben gepakt”, zegt Ramon als hij daags na het WK met zijn teamgenoten – Danny van den Ende, Martijn Kroes, Jan Willem Plekkenpol, Frank van der Schaft,
reserve Jan-Bart Uuldersma en de bondscoaches Gerrit Ansing en Ben van Ek – in de auto op weg is naar huis. Na de eerste wedstrijddag stond Team Holland op de derde plaats, drie punten achter Tsjechië en tien achter koploper Engeland. “Het WK-parcours was een rivier met stekken die zeer wisselvallig waren qua karakter en vangsten. Bij aanvang van dag twee was dus alles nog mogelijk”, blikt de huidig Europees kampioen dobbervissen terug.
GRILLIGE RIVIER
Het WK Feedervissen vond plaats langs de Skirvyte, een rivier die deels de grens vormt tussen Litouwen en Rusland. Het wedstrijdwater vormde een fikse uitdaging voor de 22 deelnemende landenteams. De vijf vakken waar werd gevist lagen verspreid over verschillende secties van de rivier. “In sommige vakken was de Skirvyte zo’n zeventig meter breed, bijna zes meter diep en stroomde het water zo hard dat je minimaal 100 gram werpgewicht nodig had om de korf op zijn plek te houden”, zegt Ansing. “Op andere delen van de rivier was die krap tweehonderd meter breed, zo’n 3,5 meter diep en stond er veel minder stroming.”
BRASEM OF KLEINE VIS?
Ondanks de verschillen tussen de vakken zat er per stek niet veel variatie qua techniek. Ansing: “Het gros van de vangsten bestond uit kolblei en blankvoorn. Die ving je voornamelijk op 25 tot 30 meter afstand. Voor brasem moest je de voerkorf verder weg presenteren, op zo’n 35 tot 40 meter. Dat waren flinke vissen van gemiddeld zo’n drie pond, met af en toe uitschieters tot vijf pond.” Deze twee opties dwongen de teams om te kiezen. “Sommige landen gokten op brasem, terwijl anderen – zoals wij en Engeland – kozen voor kleine vis (met een enkele brasem). Zo mikte Litouwen puur op brasem. Maar op de slotdag ving één van hun vissers geen ‘platten’. Dit kost je zoveel punten dat je medaillekansen zo goed als verkeken zijn”, legt de Groninger uit.
Litouwen
Ramon Ansing pakt brons
TEKST: REDACTIE > FOTOGRAFIE: steve winter
Voor het tweede jaar op rij heeft Ramon Ansing een bronzen medaille behaald bij het WK Feedervissen. Team Holland lag in Litouwen ook op koers voor het brons, maar werd op de laatste dag nog ingehaald door Duitsland en eindigde als vierde. Tsjechië pakte het zilver en Engeland zegevierde overtuigend in het landenklassement.

wedstrijdvissen